VOGELS IN EN OM HET HUIS De Huismus (Passer domesticus) door Willy de Koek Geen verstand van vogels? Kan zijn, maar zelfs mensen die maat twee soorten vogels kennen, namelijk grote en kleine, weten met keniis van za ken haarfijn uit te leggen hoe mussen er precies uitzien, waar ze te vinden zijn en op wat voor manier ze er mee in kontakt komen. Hel is dan ook niet zo moeilijk. Een algemener soort is nauwelijks denk baar. Rijst meteen de vraag wat daar nou over te vertellen valt. Mussen zijn door hun permanente aanwezigheid zo algemeen dat ze niet meer op vallen. Het verenpak is tamelijk eentonig, de zang mag als zodanig geen naam hebben, stuntvliegers zijn het geenszins en ze zitten overal aan te pikken waar andere vogels vies van zijn. Kan het ordinairder? Bij nader inzien zijn er toch wel interessante zaken te over onze vriend te vermelden. Een eerste klas opportunist, d.w.z. dat de huismus zich onder de moeilijkste omstandigheden weet aan te passen. Mede daardoor is het een kosmopoliet geworden. In verre streken is de soort vertegenwoordigd, wel iswaar als ondersoort maar toch als zodanig herkenbaar. Kolonisten hebben de huismus meegenomen, niet zozeer als kooivogel, maar simpelweg om iets van thuis over te brengen naar het nieuwe land. De mussen vonden het prima en namen met succes een plaats in tussen voor hen vreemde soorten. Dan de huisvesting. Sinds eeuwen is de soort een cultuurvolger. Handig weten ze gebruik te maken van een met pannen belegd dak. De onderste rij is favoriet. Dat stapt zo gemakkelijk op vanuit de goot. Dat laatste is le vens hun uitkijkpost voor de omgeving en met luid getjilp trekken ze de aandacht. Zodanig zelfs dat bij een hittegolf 'gevleugelde woorden' de mussen uit de dakgoot doet vallen. Dat gesjouw met allerlei troep onder die pannen wordt hun evenwel niet door iedereen in dank afgenomen. Menig huiseigenaar klimt geïrriteerd op de ladder om die mussenesten daar eens eventjes uit te trekken. Een anders zo vogelvriendelijke huisvader wordt dan prompt een sadist die nesten met jonge mussen of eieren de vuilnisbak inkiepert. Ander verhaal. Bij tuinliefhebbers zijn mussen evenmin erg populair. Zaai maar eens een rijtje spinazie of radijs. Feilloos weten ze ieder zaadje op te sporen. Afspannen met een tuinnet is de oplossing. Een gaatje open laten is echter fataal. In- en uitgang hebben ze zó door. Ook graszaad is bij hen erg gewild. Dat hebben ze snel in de gaten en menigeen verzucht daarna 'de mussen hebben er aangezeten'. Eerlijkheidshalve dient gezegd dat het ook vaak andere soorten -zoals groenlingen- zijn die de oorzaak zijn. Maar dié kent men niet. De mussen zijn de boosdoeners. 142

Tijdschriftenbank Zeeland

de Steltkluut | 1994 | | pagina 24