Het wachten is, dit is echt Zeeuwsch-Vlaanderen, op diegenen die "voor de brug staan". Kwart over vijf: het startschot valt (figuurlijk). De belangstelling blijkt even groot als voorgaande jaren. De groep wordt in twee delen gesplitst. Vanaf nu overheersen de geluiden van de natuur. Als een van de eersten natuurlijk de Merel en de Zanglijster. Een Winterkoning met een geluid, omgekeerd evenredig aan zijn formaat. Mezen in diverse soorten en veel vuldig het geluid van Wielewalen en Nachtegalen. Dit laatste werd door een van de deelneemsters omschreven als "bouwvakkcrsfluitje". Inderdaad een aardige omschrijving. In de verre verte klinkt de roffel van een Grote bonte specht. Daarentegen maken rondcirkelende Buizerden geen enkel geluid, maar mooi zijn ze wel. Uiteraard laten de Grauwe Ganzen zich al van heel ver en zeer luidruchtig horen. Afgezien van de eigen groep is verder van meselijke beschaving nog weinig te horen. Geen fabrieksla- waai, nog geen verkeersherrie, kortom een rustgevende verademing. Half acht: Heel andere geluiden. Borden, bestek, kopjes, koffie en thee, die ingeschonken worden. En direkt daarna de stilte (echt waar) van 52 w- andelaars, die zich aan een prima verzorgd ontbijt te goed doen. Met als sluitstuk minstens zoveel gepraat en geroezemoes als om vijf uur op de par keerplaats en een hartelijk afscheid van iedereen. Met speciale dank aan Alex de Smedt en Edie Bogaert voor het leiden van de groepen én het kantine-personeel van de Braakman voor de prima verzorging van het ontbijt. DE BIJENORCHIS IS WEER TERUG door Hanneke van Haelsl-v.d.Vijver Vorig jaar volgden Anneke Neve en ondergetekende de natuurgidsencursus van het IVN. In het kader daarvan kregen we de opdracht een stukje natuur een jaar lang te volgen. We kozen voor een stukje grond in de buurt van ccn spoorweg Finlandslraat te Terneuzen) omdat we wisten dat daar de grond meestal voedselarm is en daarom een grotere verscheidenheid aan plantesoorten te zien zou geven. Zo ontdekten we vorig jaar plotseling een paarsachtige bloem in de berm. Met een bloem die op een hommel lijkt. Thuis gekomen, vlug de flora's ingedoken en jawel een zeldzame orchidee: De Bijenorchis. De vorm van de bloem lokt mannetjes-bijen die proberen te paren en nemen daarbij stuifmeel mee naar de volgende plant. Er is dus sprake van een aantrekking niet op basis van geur maar op basis van nabootsing en illusie. De bloeitijd is midden-juni tot midden juli. Dit jaar staan ze er weer! Hel havenschap die de berm beheert heeft met linten de zaak afgespannen ter bescherming van de planten. De plant heeft kalkrijke grond nodig. De grond ter plaatse is daar gestort bij de verbre ding van het kanaal (1960-'67). Eventuele waarnemingen van elders graag doorgeven aan de Planten- werkgroep. Wil je ze zien: excursie dinsdag 14 juni 19.30 uur. 63

Tijdschriftenbank Zeeland

de Steltkluut | 1994 | | pagina 9