ZEEHOND GEZIEN Het mocht allemaal niet batenNa en kele dagen bleek dat de vleugel afster vingsverschijnselen begon te vertonen. Amputatie is dan mogelijk, maar op een in valide kiekendief zit geen enkele dierentuin of vogelpark te wachten. Het is tragisch maar ondanks alle gedane moeite moest ook deze vogel doodgespoten worden. Bij de mensen die erbij betrokken waren gro te verslagenheid. Prikkeldraad waarom moet dat van daag de dag nog, nota bene in een natuur gebied. Het wordt tijd dat er dat er andere materialen worden toegepast. De reeds ge bruikte draad weghalen lijkt me een on doenlijke zaak. Wat dat beterft zal dat bij terrein-eigenaren of gebruikers wel even moeilijk liggen. Alleen de overheid kan iets dergelijks voorschrijven. Conclusie: het is een hoogst milieu-on vriendelijk materiaal. Een verbod op toe passing zeker waar het natuurterreinen betreft lijkt mij een zeer goede zaak. door Alex Wieland. Op zaterdag 7 maart 1992 besloot ik naar de vogeltrektelpost in Breskens te gaan. Langs deze telpost op de Panoramaweg komen ieder voorjaar veel vogels langs, vooral in april en mei. Ik vertrok om 7.00 uur (eigenlijk iets te laat) richting Breskens On derweg zag ik al 6 Roodborsttapuiten en 4 Tjiftjafs. Na 1 uur en een kwartier fietsen ar riveerde ik bij de telpost waar nog zeven Walcherse vogelaars stonden. Er stond die dag een stevige zuidenwind en het was warm voor de tijd van het jaar: 15 graden. Door deze combinatie was er best veel trek van Ringmus, Vink, Kauw, Leeuwerik, Riet gors, Witte Kwikstaart en Graspieper. He laas hadden we nog geen zwaluw gezien maar andere vogelsoorten maakten dit ruimschoots goed: Grote gele kwikstaar ten, Rouwkwikstaarten, Boomleeuwerik- ken en Ijsgorzen. Tegen de middag beskxsi ik weer richting Temeuzen te fietsen. In dij jachthaven van Breskens voerde ik nog v meeuwen waartussen ik een geringde kol meeuw uit Litouwen aflas. Ik fietste zoaljy gewoonlijk langs de zeekant terug w;r daar zie je meer vogels (middelste zaag_ bek, bergeend, tureluur en kluut) dan blnl nendijks. Net na het gemaal aan de Piaskreek, a,ir4 de westzijde van het Paulinaschor ontdek^ te ik een zeehond. Deze lag lekker te zcn-7 nen op de slikken. Dit was mijn eerste^ zeehond ooit in het wild gezien. De zee-j hond was naar schatting 2 tot 3 jaar oud en zag er gezond uit. Na een kwartier odjj serveren met de telescoop kwamen er en kele vissers wormen spitten en de zeehonc vluchtte het water in. Enkele honderden meters verder zag ik een Slechtvalk op eer paaltje zitten. Met de verrekijker zag hij ei erg mooi uit dus zette ik mijn telescoop op om hem goed te bekijken. Maar helaes werd de Slechtvalk opgejaagd door een wandelaar. Bij het Paulinaschor zaten ver der nog een Bonte kraai en honderden Kemphanen. In Terneuzen aangekomen, pakte ik nog even de vijver bij de Blide mee (Axelsestraat). Hiet zit al enkele maanden een zwartkopmeeuw. Ook las ik hier noc een kokmeeuwring af uit Zweden. Al met al een leuk dagje in de natuur met name door mijn eerste waarneming van een zeehond y*SÉL 72

Tijdschriftenbank Zeeland

de Steltkluut | 1992 | | pagina 24