HET WILGENBOS IN SMIDSSCHORREPOLDER
HET ENIGE ZEEUWS-VLAAMSE NATUURBOS
"Een pleidooi voor een volledig behoud in een toekomst
plaatje zonder bedreigende spoortracés
door: LUCIEN CALLE
In Zeeuws-Vlaanderen is er
binnendijks slechts één stuk
grond van redelijke oppervlakte
waar de vegetatie zich gedurende
wat langere tijd spontaan heeft
kunnen ontwikkelen: het wilgenbos
in de Smidsschorrepolder, even
ten zuidoosten van Sluiskil. Zo'n
30 jaar geleden werd het kanaal
van Gent naar Terneuzen verbreed.
Het zand dat daarbij vrijkwam
werd gestort in de Smidsschorre.
Door zandafgravingen die
sindsdien plaatsvonden kreeg het
gebied een heuvelachtig karakter.
Lange tijd werd er niet naar
omgekeken, en zie, er ontstond
vanzelf een schitterend
natuurgebied.
PIONIERS
is dat alles spontaan verloopt.
De pioniersvegetatie is voor het
grootste deel nog aanwezig, maar
op verschillende plaatsen is het
wilgenbos in sluiting gekomen en
ontstaat er een bos-micromilieu.
Het aantal plantesoorten is sterk
toegenomen. Met name door het
heuvelachtige karakter (geacci
denteerdheid) is er veel afwisse
ling in flora en vegetatie. Op de
droge en schrale stukjes groeien
o.a. Schapezuring, Zandmuur en
Echt duizendguldenkruid. In de
meer voedselrijke en nattere
stukjes domineren Riet, Zeebies,
Kantig wilgeroosje en Koninginne-
kruid. In de grazige stukjes
treft men soorten aan als
Koningskaars, Wilde kaardebol,
Vierzaadwikke, Akkerklokje en
Teunisbloem.
MOZAÏEK
Omdat het terrein er in het
begin onbeschut bijlag ontstond
er eerst een pioniersvegetatie.
Die bestond uit sterke plante
soorten die bestand zijn tegen
alle weersomstandigheden. De
vlakte raakte begroeid met o.a.
Strandkweek, Duinriet, Klein
hoefblad, Krulzuring, Bijvoet,
Reukloze kamille, enz. Al spoedig
ontwikkelden er zich ook stru
welen, bestaande uit Katwilg,
Boswilg, Geoorde wilg, Grauwe
wilg en Amandelwilg. Later ook
stukken opgaand bos met Schiet-
wilg en berk. Nog steeds ontwik
kelt en verandert de vegetatie
steeds. Dit is een zeer interes
sant proces en het leuke ervan
Bijzonder interessant is ook
de ruimtelijke variatie in het
gebied. Er is een heel afwis
selend mozaïek ontstaan van open
stukken zand, grazige stukken,
struwelen en bos. Open stukken
gaan via struikzones geleidelijk
over in opgaand bos. Het opgaand
bos breidt zich nog steeds uit en
overgroeit daarbij de struikzone.
Die struikenrand op zijn beurt
schuift steeds op in de richting
van de grazige stukken. De
kleinere planten tenslotte zijn
in hun strijd tegen het open zand
aan de winnende hand. Het zijn
natuurlijke processen en het
unieke van dit stukje natuur is
dat deze binnen Zeeuws-Vlaande
ren alleen hiér te bewonderen
zijn.