UIT HET VELD en sterker landschap krijgen. Ook de dorpen zouden m.i. groener mogen. Het hoeven natuurlijk niet allemaal hoge bomen te zijn, maar er zijn ongetwijfeld soorten genoeg die het goed zouden doen op het pleintje, op de hoek van de straat. Misschien kunnen onze kinderen dan weer ver stoppertje spelen achter bomen i.p.v. achter betonnen pilaren. Misschien horen we weer vogeltjes langs de dijk, misschien kunnen we weer eens lekker uitrusten in de schaduw van een dikke stam. OVER GROTE BRUINE VOGELS EN TE LANGE WEIDEPAALTJES A. BOURGONJE Drie jaar geleden hebben mijn gezin en ik Zeeuws Vlaande ren na een verblijf van bijna vijf jaar verlaten en zijn na twee jaar West-Duitsland in de Randstad terechtgekomen. Vocral als je de dag in de Randstad achter een buro op de achttiende verdieping van een kantoorflat doorbrengt dwa len de gedachten nog weieens af naar de mooie plekjes in Zeeuws Vlaanderen: Braakman, Saeftinghe of het Groot Eiland. Toen de coördinator watervogeltellingen voor Oost- Zeeuws Vlaanderen me dan ook een keer belde en vertelde dat de volgende zaterdag weer ganzenteldag zou zijn, was het be sluit snel genomen om een zaterdagje te gaan "vogelen" in Oost-Zeeuws Vlaanderen. Natuurlijk kun je niet verwachten dat als je zo nu en dan eens een tochtje d.oor de streek maakt je direkt allerlei "spannende" soorten zult zien. Aan de andere kant zijn de voor Oost-Zeeuws Vlaanderen "gewone" soorten vaak voor mensen van elders zeer "ongewoon". Met andere woorden als je een tijdje weg bent uit de streek realiseer je je pas goed hoeveel er nog te zien is. Een ganzenteldag in de winter is natuurlijk een prachtige gelegenheid om de verschillende "leuke" plekjes weer eens 133

Tijdschriftenbank Zeeland

de Steltkluut | 1987 | | pagina 23