NIEUW SOVON-PROJECT IN 1985 DOOR W. WISSE Zoals u misschien al weet, zal er in 1985 een nieuw SOVON projekt gestart worden, nlhet Bijzondere Soorten Projekt (BSP) De bedoeling is, dat een aantal schaarsere soorten wordt ge ïnventariseerd, doch ook zgn. graadmetersoorten komen aan bod, Totaal gaat het om ruim 100 soorten met daarnaast alle echte zeldzame broedvogels zoals Rode wouw, Dwergmeeuw ed Weliswaar is in 1984 het broedvogelmonitorprojekt begonnen, doch dit projekt geeft onvoldoende informatie over de soor ten, die nu met dit nieuwe onderzoek aan bod komen. In feite zijn de onderzoekgebiedjes van het broedvogelmoni- toringsprojekt te gering in aantal en vooral te klein van omvang om de minder algemene soorten in het monitoringswerk te betrekken. Voor dergelijke soorten zijn we aangewezen op een andere werkwijze, waarbij grote gebieden worden afgezocht. Het BSP is kwantitatief van opzet. Dat wil zeggen dat we de medewerkers gaan vragen in hun blok het aantal broedparen van de schaarse en zeldzame broedvogels te tellen of te schaften. Men hoeft dus niet alle broedzame vogels te inven tariseren, maar uitsluitend die soorten,die opgesomd zijn in de bijlage (zie verder). Bovendien willen we de medewer kers vragen, hun blok meerdére jaren achtereen te inventari seren, zodat we op grond van een meerjarig onderzoek in de zelfde blokken aantalsontwikkelingen kunnen bestuderen Het gaat er dus niet om alle atlasblok- ken onderzocht te krijgen, zoals bij de atlasprojekten het geval was, maar om het ZOMERTALING onderzoek jaren achtereen in een groot aantal blokken, en wel steeds dezelfde, vol te houden. Uiteraard geldt: hoe meer blokken hoe beter I De medewerkers die misschien geen tijd hebben om elk jaar een heel atlasblok van 5x5 km. te inventariseren, hebben I nu ook de keus om dan in plaats van een 1970 1980 heel blok een kwarthalf of driekwart blok te inventariserenDit heeft tevens het voordeel dat de gegevens meer gedetailleerd beschikbaar zullen zijn. Eventuele veranderingen in het voorkomen van de verschillende soorten zullen daardoor sneller en beter opgemerkt kunnen worden. Het BSP vereist een tamelijk systematische aanpak. Welis waar is het aantal soorten, waar men tijdens het veldwerk op moet letten, relatief beperkt. Daar staat tegenover dat het noodzakelijk is vrij intensief c 0) 20 - u C-. rH rü 10 - -P 03 43

Tijdschriftenbank Zeeland

de Steltkluut | 1985 | | pagina 29