meer zoutminnen.de soorten. Tot voor kort was de opper
vlakte aan open water aanzienlijk groter dan tegen
woordig het geval is. Werkzaamheden tot verbetering
van de afwatering in Oostelijk Zeeuws-Vlaanderen ge
durende de laatste 10-15 jaar brachten een dusdanige
verlaging van de grondwaterstand met zich mee dat
strandplassen definitief opdroogden en slechts de water
gang overbleef. Ook s'winters is dit het geval terwijl
in de jaren zestig de weilanden nog vrijwel jaarlijks
geheel onderliepen. Met name in de strenge winters van
1963 en 1964 bood het dichtgevroren volgelopen kreek
restant aan vele honderden schaatswilligen ijspret.
Een ander feit dat zeer ingrijpende gevolgen had, was
de aanleg van Rijksweg 60 aan de zuidkant van de kreek.
De meest zuidwestelijke punt werd gedempt en kwam in
de weg te liggen.Ook werd een deel in gebruik genomen
als opslagplaats van Rijkswaterstaat.De Galgèkreek
werd grotendeels gedempt en het resterende deel sterk
genormaliseerd. De zeer moerassige oostelijke hoek van
het Galgewater waar verbinding was met Gentsevaart en
Groote Kreeke werd eveneens gedempt. Hier vinden we
nu het kruispunt van Verrekijker/Nieuwe Kreekweg/Zoe-
tevaart/Oude Kreekweg. Behalve dat grote delen gron
dig werden gewijzigd brachten al deze ontsluitings-
werken een grote verstoring met zich mee langs de
kreek die voorheen zeer rustig en geïsoleerd gelegen
was. Tenslotte krijgen we de waterverontreiniging die
ook een grote rol heeft gespeeld in het wel en wee van
de kreek. Vooral in de jaren zestig was deze zeer ern
stig. De Oude Galgekreek en de watergang waren in fei
te het riool van Sint Jansteen. De laatste jaren ech-
183