GEVONDEN: VOGELS gevolgd door de haring. Vandaag de dag komt er wat garnaal hij. Dat kan aan de warme zomers liggen. Een vis die men vroeger niet kende was de zeeharder die hij hoogwater de schorren intrekt en dan aast op groen (microscopische wiertjes). We vinden geen kleine visjes of andere dieren in de ingewanden. Het is een vis die niet afhangt van ande re dieren. Het is een nieuwkomer. Vraagt men aan diezelfde oude mensen: "Hoe was het vroeger met de vogels gesteld", dan krijg je als ant woord: "we hadden geen tijd om in de lucht te kijken". Vandaag kennen ze nog niet het verschil tussen een meeuw en een kraai. Het is duidelijk dat de nieuwe generatie belangstelling heeft voor andere dingen, maar oude herinneringen ophalen doet ze ook nog. R. Bleyenberg, Kerkpad 15, Nieuw-Namen. (vervolg pag.144,jaargang 8,1978). Kemphaan1-5-76Zwartenhoek. Volwassen 3, vleugel- ïingte 162 mm, gewicht 84 gr. Bedorven, de vleu gels worden bewaard. P. Tombeur. Huismus: 24-5-'76, Hulst. Albino, vleugellengte fl mm, gewicht 14»9 gr. Opgenomen. C. van Putte. Ekster: 29—5—76Terhole. 3, vleugellengte 195 mm» gëw, 225 gr, konditie normaal, geen rui kleine veren. Niet bewaard voor de collectie, wel de gegevens in het kaartsysteem. M. Jansen. Witte Kwikstaart: 30—5 7^Hulst. 3 testis 1x1 mm, këndltlë~nërmaal, rui kleine veren op de rug. Verder als ekster. G. Sponselee. Huiszwaluw: 3-6-'7^, Kapellebrug. Opgenomen. J. v. lïëgHëm. Grote Bonte Specht: 23—6—'76, Blaauwe Hoeve Hulst. RaamslachïöïrërOpgenomen. Hr en Mevr Holla. Kerkuil: 7—7—76Othene langs de weg bij boerderij ESIbeir. Niet opgenomen, wel de gegevens: vleu gellengte 286 mm, gew. 201 gr, konditie mager, 26

Tijdschriftenbank Zeeland

de Steltkluut | 1979 | | pagina 28