NIEUWS UIT ZWARTENHOEK periode juli/september. Niettegenstaande de enorme droogte in juli en augustus, wer den toch aardig wat vogels gezien in Zwartenhoek - zij het steeds in klein aantal. De zoutvegetatie hield goed stand - op het weidestrand trof ik soms ware zoutkorsten aan - en breidde zich zelfs uit. Ook waarnemingen van haas, vlinder, pad en kikker waren talrijk. De waterstand daalde sterk en bereikte op 22 augustus =142 NAP, daar waar de stand gewoonlijk -92 hedraagt. Er kwam een strook modder vrij" (belangrijk voor ruiters e.d.) maar er was ook een sterke algenbloei. Gelukkig bleven we gespaard voor het gevreesde botulisme, In juli verbleven zelfs 110 wilde eenden op de kreek. Doortrekkers waren o.m. bontbekplevierkleine plevier, oe verloper, bosruiter-, witgatje, zwarte ruiter, groenpootrui- ter In augustus-september was er eveneens sterke trek van boe renzwaluw, huiszwaluw, oeverzwaluw, graspieper, witte kwik staart en gele kwikstaart. De goudplevier (altifrons) verscheen weer vanaf 18/7» water snip 1 2/8, wulp 5/9, stormmeeuw 18/7, wintertaling 2/9; evenals roodborst 28/9 en winterkoning 29/8. Voor de meeste zomervogels van Zwartenhoek liep het seizoen ten einde. De tureluur tot 9/7, de grutto en fitis tot 23/7, <ie snor tot 24/7, de visdief tot 27/7, de gierzwaluw en de spotvo gel tot 1/8, de scholekster en de kemphaan tot 6/8, de koe koek tot 22/8, de rietzanger tot 29/8, de kluut tot 5/9 en de bosrietzanger tot 16/9- Zoals elke nazomer nam de baardmees weer toe (38 ex. op 28/9) en vormden juveniele huis- en ringmussen grote groe pen. De cetti's zanger liet na twee maanden (stilzwijgende?) afwezigheid weer subsong horen vanaf 5 september. Mooie waarnemingen waren: Boomvalk op 5 juli Goudplevier (apricaria) op 6 en 12 augustus Tjiftjaf op 16 en 28 september Boompieper 3 ex. zuidvliegend op 28 september Kramsvogel 3 ex, op 16 september Paapje op 12 en 22 augustus Franklin L.L. Tombeur, HET "PERKPOLDERTJE" Vanaf begin april tot eind juli, heb ik dit kleine polder- tje gelegen tussen de zeedijk vanaf de dam van het Oude Hooft 139. tot Perkpolderhaven en de Rijksweg Perkpolder-Hulst tot aan de Kalverdijk, regelmatig bezocht om eens te zien wat voor vogels daar zoal zitten. Op het eerste gezicht zou men denken zo'n klein poldertje daar zal zoveel niet inzitten, maar dat valt erg mee. Het poldertje heeft slechts enkele kavels bouwland, waarop dit jaar tarwe, gerst, aardappelen en bruine bonen stonden, met daartussen in een laag gelegen weiland en een brede wa tergang. Doordat op het laaggelegen stuk weiland in de winter een flin ke waterplas staat is dit een goede pleisterplaats voor ver schillende vogels in de winter. Zo trof ik daar in maart een rotgans aan, die na melding bij dhr, Sponselee de aanleiding werd voor het bijhouden van de vogelstand in dit poldertje. Ook wordt het poldertje gebruiktdoor de vogels die hun kostje opscharrelen aan het strand, maar door de vloed verdreven worden Jammer genoeg droogde, vanwege de uitzonderlijk droge zomer, de op het weiland voorkomende plas snel uit zodat de vogels die daar regelmatig zaten naar elders vertrokken. Tussen april en eind juli kon men de volgende vogels als broedvogel in het poldertje aantreffen; wilde eend 3-4 paar waterhoen 4 paar tureluur 2 paar kievit 2-3 paar kluut 2 paar patrijs 2 paar leeuweril 3-4 paar gele kwikstaart 2 paar merel 1 paar graspieper plm. 15 paar. Vermoedelijk ook de bergeend en de scholekster, maar daarover heb ik geen zekerheid kunnen krijgen, daar ik mijn waarnemin gen steeds vanaf de straat heb gedaan. In de bosjes lanfs de Rijksweg zong tussen 19 mei en 30 juni regelmatig een grasmusmannetje. Ik heb ook hier niet naar nest gezocht. De koekoek was op diverse dagen aanwezig, enkele keren drie stuks, maar jongen heb ik niet gezien. Wel zag ik in de pol der er vlak naast één jonge koekoek die al kon vliegen, met als pleegouder een graspieper. De kluut was wel de vogel die men het gemakkelijkst kon vinden. Doordat hij zijn nest in het graan had, dat vanwege de droogte 140.

Tijdschriftenbank Zeeland

de Steltkluut | 1976 | | pagina 9