reintjes "bijna kategorisch voorbij, want er valt toch maar wei nig te zien. Toch zijn ze naar mijn mening zeker de moeite waard, en ze maken immers, vaak hoe klein ook, een integrerend deel uit van ons landschap. Ze geven een zekere bekoring^aan de vaak kale akkerbouwpolders-'■k ben er eens van mijn fiets gestapt en heb me tegen de dijk gezet. Het is niet bij deze ene keer gebleven en ook niet bij dit ene gebiedje, ost- Zeeuws-Vlaanderen kent talloze dergelijke zogenaamde overhoek- jes, alleen jammer dat het aantal sterk aan het afnemen is tengevolge van allerlei cultuurtechnische werken, Hu zal menig een opmerken, moet je daar nu zoveel drukte om maken, zoveel stelt het vaak niet voor0 Een gebied als het Groot Eiland, als Saaftinge, de Vlaamse Kreek of de Putting moet beschermd wor den, er is in de loop der jaren veel feitenmateriaal verzameld en deze gebieden zijn echt waardevol, dit staat gewoon voor iedereen met een beetje gezond verstand vast, maar dit Hiermee zijn we nu net aan de kern van de zaak. Wat weten we ervan. Ieder zal met me eens zijn dat het maar bar weinig is. We kijken te vaak naar het grote en vergeten het kleine. Een oud, vaak vergeten, spreekwoord zegt: "Wie het kleine niet eert, is het grote niet weerd"Laten we het daar op hou den. MoA, Buise, Steensedijk 86, Hulst. VELDERVARINGEN. Oktoberde dagen korten, de bomen laten hun tooi vallen, we nemen afscheid van de zomer, van de vlinders, de zomerbloemen en van onze zomervogels. Een maand vol verrassingen, dit blijkt wel als ik in m'n dagboeken blader, in de loop der ja ren uitgegroeid tot een aantal respectabele boekdelen» Beschrijf nu m'n verbazing op de avond van 21 oktober 1976. Fietsend langs de Buitenvest richting Nieuw-Namen, hoor ik een vogel zingen, op zichzelf niets bijzonders want er zijn meerdere soorten welke nog in het najaar zingen, maar het was een nachtegaal, Onmogelijk, dat was het eerste wat me te bin nen schoot, Zat me daar van katoen te geven alsof het volop lente was, Bij mijn weten echter behoorden alle nachtegalen allang uit ons kille landje vertrokken te zijn, maar deze zat er alsof hij alle regels en wetten wilde tarten. Thuis de Avifauna van Nederland er bij gehaald en m!n vermoeden was juist. Laatste datum: 25-9-'57 Sneek en 2 oktoberwaarnemingen 31—10—'59 Castricum en 8—10/l0/63 NoordoostpolderEen unicum dus Een paar dagen later, fiets ik weer dezelfde route en ben ai bij Clinge aangekomen. Vliegt er laag over de weg een sperwer- 137. achtige vogel, gaai op een weipaal zitten, staartwippend en grote trap op de rem en ik stond stil, een koekoek met alles er op en er aan en als attente koekoek stelde hij ziGh nog een paar keer voor ook zodat alle twijfel verdween. Een paar minu ten later vond hij blijkbaar de audiëntie wat te lang duren en vloog weg. Weer de reeds eerder genoemd-e Avifauna geraadpleegd Najaarstrek tot eind september. Laatste datum 31-10-'68 Vrou wenpolder Zeeland. Een late gast dus. M.A. Buise-, Steensedijk 86, Hulst. COMMENTAAR OP DE BRIEF VAN DE HEER IJSEBAERT IN STELTKLÏÏHT NO4 De gedachte van een verwilderde tuin van de heer IJsebaert is op zich voor een natuurliefhebber geen gek idee, maar stuit zoals hij opmerkt op verzet bij de buren. En terecht lijkt mij. Ik verbouw in mijn tuin groenten enz, en zou niet graag willen dat mijn buurman zo'n tuin zou aan leggen, vol met brandnetels, distels, paardebloemen en meer van die gemakkelijk uitzaaiende soorten en ik maar wie den tussen mijn aardbeien, wortelen, boontjes enz. Ik heb voor de heer IJsebaert een veel beter plan: zet in je tuin alleen wilde planten, b.v. bosaardbei, paarse dovenetel, zuring, perzikkruid, zilverschoon, smeerwortel, harig wilgen roosje en nog enkele hoog opgroeiende planten, er zijn er tientallen. Ook struiken en bomen komen in aanmerking al naar gelang de grootte van de tuin. Ik denk aan wilgenbosjes, es, vlier en meidoorn. Ook kun je in je tuin een vijver maken, met diverse waterplanten erin. De vijver kan ook als drink en badgelegenheid dienen voor de vogels; zo krijg je de vogels dicht bij huis. Ook kun je ev. kikkerdril, salamandereieren, torren, stekel baarsjes etc. in de vijver zetten, die op andere plaatsen door een of andere oorzaak dood dreigen te gaan. Deze kun je dan in andere sloten of plassen later terug uit zetten. En als je dan een tuin met wilde planten maakt, neem dan de soorten die wat minder algemeen in onze streek voorkomen - uiteraard niet de zeldzame - zodat u deze kunt voorttelen en weer op geschikte plaatsen terug in de natuur kunt uitzetten of zaaien. Zodoende helpt u deze planten te beschermen. De heer IJsebaert moet geen verwilderde tuin maken, daar kan hij na enkele jaren alleen inkomen door met een hakmes om zich heen te slaan en dan staan er alleen maar planten in die je overal tegenkomt. Hij moet een tuin aanleggen met alleen wilde planten en deze een beetje onderhouden. Daar beleef je veel plezier aan. Ed. Steijns, Past. Smuldersstr, 14» Kloosterzande 138.

Tijdschriftenbank Zeeland

de Steltkluut | 1976 | | pagina 8