6
waarop iedereen kon komen luisteren.
Dit gebeurde ten bate van de gemeen
schap en met gemeenschapsgeld. Als
er voor het kerkgebouw extra geld
sommen nodig waren werden die ver
kregen door accijnsen op bier of vis of
andere levensmiddelen, en zo werden
deze kosten omgeslagen op iedereen,
hervormd of niet hervormd. Dat het
kerkgebouw kon worden gevorderd
voor inkwartiering van soldaten valt
onder de regel: nood breekt wet, maar
dit kan niet worden gezegd van het ge
bruik van het gebouw als stadsgehoor
zaal, b.v. op hoogtijdagen van de stads
school (Latijnse school).
Aspect van de publieke functie actueler
dan ooit
Zoals al eerder werd opgemerkt zijn
sommige trekken van dit beeld ook na
de Bataafse tijd nog te herkennen.
Dit alles betekent dat, wanneer door de
omstandigheden daartoe gedwongen,
wij moeten omzien naar een nieuwe
funktie voor het kerkgebouw, daarbij
aansluiting kan worden gezocht bij een
maatschappelijke en kulturele funktie
voor de gemeenschap die het gebouw
altijd heeft gehad, en wel des te sterker
naarmate we aan een vroegere periode
denken. Het betekent ook dat financie
ring van overheidswege en deelname
door particuliere verenigingen direkt
aansluit bij wat de geschiedenis vóór
de Bataafse tijd te zien geeft.
Natuurlijk ligt het de kerkelijke mens
zwaar op de maag dat bij dit alles dan
toch de kernfunktie eruit wordt ge
haald: die voor de godsdienst, je litur
gie, de eredienst. Daarbij valt evenwel
te bedenken dat heroriëntering in de
vorm van overname van het gebouw
door en ten behoeve van de gemeen
schap een verder gebruik ook voor
godsdienstige plechtigheden niet be
hoeft uit te sluiten. Voorts dat het ge
bouw, wanneer het als zodanig in stand
blijft, altijd als godsdienstig symbool
centraal in dorp en stad zal blijven op
gericht, en op die wijze een boodschap
blijft doorgeven op een manier waarvan
we het belang niet moeten onder
schatten.
Baarland. Het koor van deze kerk was na de Reformatie in gebruik als school totdat er in de 1 9e eeuw direct
naast de kerk een nieuwe school werd gebouwd. Zo'n combinatie van kerk en school kwam op allerlei plaatsen
voor: Aagtekerke, Dreischor, om er een paar te noemen.
Westkapelle. Een grote kerk ging verloren. De toren bleef behouden als vuurtoren.