Rotdag Op stap met Door Gerard Ouweneel In 2013 had ik eind oktober nog geen grauwe franjepoot gezien. Omdat rond die tijd de meeste franjepoten door zijn, probeerde ik mij te verzoenen met de gedachte dat 2013 een jaar zonder lobatus zou worden. Grauwe franjepoot Foto: Alex Koenders Daags na de storm van 28 oktober meldde www.waarne ming.nl er eentje op Overflakkee, in de Kleine Kreek bij het buurtschap Zuidzijde. Met het gedownloade kaartje en de inventarisatieatlas naast me, ging het de volgende ochtend al vroeg naar Overflakkee. Als de vogel er nog was, zou het een peulenschil worden, was de verwach ting. Neen dus. Na een poos vruchteloos de Polder de Tille te hebben doorkruist, trof ik wél in een plas onder Stad aan het Haringvliet een ijseend. Leuk, en ook een soort die tegen de voorkeurscategorie aanzit. Maar geen spoor van de franjepoot. Aardig was het in Zuidzijde bij de watertoren te staan. Daar had ik lang geleden samen met Johan Everaers tijdens zijn Flakkeese periode naar een rustende zwarte ooievaar staan turen, die er boven op de nacht zou doorbrengen. In de veronderstelling dat de grauwe franjepoot alweer foetsie was, ging ik naar de Brouwersdam om te controleren hoe het ervoor stond met late grote sterns, ook een soort die in de bovenste regionen van de forse lijst met mijn voorkeursoorten staat en die desgewenst het jaar rond in Zuidwest-Ne derland te zien is. Leve de Delta! Daarmee was de kous niet af. Bij het verlaten van Zuidzijde was knagende twijfel gerezen of ik de plek die www.waarneming.nl aangaf überhaupt had gevonden. Terug thuis bevestigde de waarnemingenrubriek mijn wantrouwen. De lobatus van de Polder de Tille was die dag viermaal gemeld, nota bene zelfs rond het tijdstip dat ik tevergeefs door die polder doolde. Dus niet alleen de franjepootlocatie had ik gemist, maar kennelijk ook met optiek behangen collega's. Deze plegen in het veld nadrukkelijk aanwezig te zijn, zodat ze daar fungeren als het spreekwoordelijke op het strand liggende schip dat een baken op zee is. Op de 30ste oktober dus niet voor mij. Ondanks dat het op de Brouwersdam best fijn was, had ik het die avond moeilijk. De twee volgende dagen zaten vol verplichtingen, leuke en minder leuke. Omdat op de trektelpost Leen van der Linden had laten vallen dat om bij de Kleine Kreek in de Tille te komen, men een doodlopend weggetje in moest slaan, schoenle- pelde ik tussen de plichten door nog een Formule 1 race op en neer naar Flakkee. Weer mis. Natuurlijk opkomen de frustraties, zodat ik ging overwegen op zoek te gaan naar een hobby met minder stress en ergernis. Van zon dag 3 november tot en met dinsdag waren we op Texel. Na terugkeer wist 'waarnemingen' te melden dat de grauwe franjepoot er nog steeds was en ook dat inmid dels drommen vogelaars langs waren geweest, afkomstig uit de hele natie. De geest was uit de fles. 28

Tijdschriftenbank Zeeland

Sterna | 2014 | | pagina 28