Schelpen
Helaas heb ik Jacob nooit persoonlijk gekend. Wel wist
ik van zijn bestaan af, want mijn ouders waren lid van
de Vogelwacht en ik spelde de Sterna meestal helemaal
uit en zal daarin zeker wel eens een artikeltje van hem
gelezen hebben. Ik wist ook hoe hij er uitzag, want in die
Sterna's stond af en toe een foto van hem. Ik herkende
hem dus wel als hij op zijn brommertje langs ons huis op
het Havenplein van of naar zijn werk bij de bank op de
Oude Haven reed. Het viel me dan op dat hij, net als mijn
vader, altijd wel iets te roken in hand of mond had. Dat
hij schelpen verzamelde wist ik toen niet. Jammer, want
vanaf mijn vijfde jaar verzamelde ik die ook.
Toen ik in 2000 bestuurslid van deze vereniging werd,
vergaderden we in een lokaal van gebouw De Driehoek
aan het Kerkhof NZ in Zierikzee. In dat lokaal was ook
de toenmalige bibliotheek van de Vogelwacht gehuis
vest. Een bibliotheek die voor het grootste deel bestond
uit boeken die Jacob Viergever aan de vereniging had
nagelaten. Na afloop van een vergadering werden er soms
herinneringen aan Jacob opgehaald. Zo kwam ik te weten
dat er ergens ook nog een door hem nagelaten schelpen
verzameling moest zijn. Na zijn overlijden was die eerst,
net als al zijn boeken, bij Rykel ten Kate ondergebracht.
Na diens dood, in de jaren negentig, verhuisde de biblio
theek naar de Driehoek en de schelpenverzameling werd
op de zolder van de garage annex pakhuis van Frans
Jansen in Brouwershaven opgeslagen. Toen het lokaal in
de Driehoek niet meer gebruikt kon worden door onze
vereniging, werd de bibliotheek opgeheven en de boeken
werden zo veel mogelijk aan verenigingsleden verkocht.
Wat overbleef werd opgekocht door antiquariaten. Ikzelf
kwam zo in het bezit van enkele oudere malacologische
werken die ik anders nooit had aangeschaft. Als je zo'n
boek openslaat komt de verschraalde tabakslucht je nog
tegemoet! Ik bleef geïnteresseerd in de in Brouwershaven
verblijvende schelpencollectie, maar het kwam er nooit
van om er eens naar te gaan kijken. Totdat het bericht
kwam dat de garage annex pakhuis te koop werd gezet.
Behalve de verzameling lagen daar nog andere eigendom
men van de vereniging opgeslagen en ik wierp me op om
die op te gaan halen. Behalve dat het zoldertje waarop
alles lag moeilijk te bereiken was, bleek het ook om een
grotere hoeveelheid spullen te gaan dan ik had gedacht.
Samen met mijn zoon hebben we met behulp van een
takelinstallatie alles naar beneden gehaald en in mijn (be-
steljauto geladen. Ondertussen was er ook een tijdelijke
opslagplaats geregeld omdat ik thuis niet genoeg ruimte
voor al die spullen had.
b
Inmiddels staat de schelpencollectie, bestaande uit 11
laden van 50x60x10 cm., 2 plastic kratten en 2 verhuis
dozen, samen 0,6 m2 - hopelijk tijdelijk- bij mij thuis.
In de laden, die in vakjes zijn onderverdeeld, zitten
schelpen voorzien van labels met naam, vindplaats en
datum. Kleinere soorten zitten in glazen buisjes voorzien
van labels. In de dozen zitten vooral losse schelpen in
lucifer-, sigaren- en sigarettendoosjes. Helaas zijn die in
veel gevallen niet voorzien van enige documentatie en
dus uit wetenschappelijk oogpunt eigenlijk waardeloos.
Opvallend is dat er geen register in de vorm van een
schrift of kaartsysteem bij de verzameling zit.
Bijzonder is dat er zich in één van de plastic kratten een
tweede, veel kleinere, verzameling bevindt. Ook deze is
ondergebracht in houten laden, maar dan veel kleiner en
ondieper dan die van de grote collectie. In deze "sub
verzameling" zitten de schelpen in luciferdoosjes en
glazen buisjes. Naam, vindplaats en datum zijn daar op
losse, met ballpoint beschreven papiertjes, bijgevoegd.
De schelpen uit deze collectie zijn verzameld in de jaren
1960 - 1962. Het handschrift op de papiertjes wijst op
dat van een jong persoon, vermoedelijk mannelijk en on
geveer 11-14 jaar oud. Het gaat hier veelal om algemene
soorten, maar er zijn ook enkele zeldzamere vondsten
zoals de gekielde cirkelslak, schepje en het zeeklitschelp-
je.
25
aj
T3
w
oJ
"O
cjfij f®
C/3
C/3
"o
4—1
O
Ph
ff