Door Johan Everaers Berichten in PZC en Ons Eiland meldden afgelopen winter een nieuwe succesvolle methode om de proble men van ganzenvraat op te lossen. Bovenstaand voor beeld van die ene auto in de polder nabij Zonnemaire had navolging gekregen en nadat de regionale pers er lovend over had geschreven, verschenen steeds meer au to's midden op de tarwepercelen en daar bleef het niet bijcaravans en aanhangers met wapperende felblauwe of oranje dekzeilen verschenen op de wintertarwevel- den. Op Sint Philipsland zag ik een wat sympathiekere, minder schreeuwerige, variant die bestond uit een fiets hier en daar tegen een paaltje midden op het land. Het staat boeren natuurlijk vrij om auto's op hun land te plaatsen. Het is dan ook niet mijn bedoeling om een oordeel uit te spreken over hun pogingen om op deze ongebruikelijke manier ganzen en zwanen te weren van hun wintertarwepercelen. Maar of het werkelijk helpt waag ik te betwijfelen. Rotganzen langs de Delingsdijk februari 2012. Ruim dertig jaar geleden had een bevriend landbouwer op Oost-Flalckee een Volkswagenbusje midden op een perceel graszaad gezet. Jagers gebruikten dat af en toe bij de ganzen- jacht 's morgens vroeg of in ieder geval vóór 10 uur. Meer dan eens nam ik zelf plaats in dat busje. Op zon dag, want dan werd er in ieder geval niet gejaagd. Het was een prachtige schuilplek van waaruit ik rietganzen, kolganzen en kleine zwanen kon bekijken die er in het volste vertrouwen op korte afstand landden en foerageer- den. Al tientallen jaren observeer ik ganzen en zwanen vanaf de openbare weg vanuit een stilstaande auto. Ervaren ganzenkijkers weten dat een auto een perfecte schuilhut kan zijn. Stapt men uit, dan gaan de vogels op de wieken. Een andere reden om te twijfelen aan de doeltreffendheid van de auto als vogelverschrikker is ge legen in de wetenschap dat rietganzen en kleine zwanen afgelopen winter niet verjaagd konden worden om de doodeenvoudige reden dat er in verhouding erg weinig waren. Op Schouwen-Duiveland zijn voor die afwezigheid drie redenen aan te wijzen: 1.De rietganzen en zwanen hadden geen aandrang om naar het zuiden af te zakken vanwege de zachte winter. 2.De percelen met oogstresten van suikerbiet en aardap pel waren dankzij de droge nazomer vrijwel allemaal reeds geploegd. 3.Voor kleine zwanen geldt bovendien dat die vogels steeds meer lijken te gaan foerageren op waterplanten. Dat demonstreerden ze op het Marlciezaatsmeer, de Bruintjeskreek, het Krammer/Volkerak langs de Philips- dam en de Slikken van Flakkee. Opvallend was de aanwezigheid begin december van ruim duizend rietganzen in het Oudeland van Ooltgens- plaat, maar daar was geen sprake van bovengenoemde redenen voor afwezigheid: er was veel minder fanatiek geploegd in de nazomer en de vogels foerageerden dan ook ongestoord op enkele percelen bieten- en aardap- pelafval in gezelschap van grauwe ganzen, kolganzen en een aardig groepje kleine zwanen. Ik heb afgelopen winter de ganzen en zwanen wel gemist, maar ik veron derstel dat hun afwezigheid niet of slechts in geringe mate kan worden toegeschreven aan de carnavaleske toe standen op de tarwevelden. Of ik daarin gelijk heb? Eind januari leek het erop dat de bijvoorbeeld door rotganzen al jaren vertoonde gewenning aan kleurrijke wapperende linten op het veld nu ook al opging met betrekking tot de nieuwe ganzenverschrilckers. Als we een "normale" winter tegemoet gaan, zal de tijd het ons leren. Polder Dreischor januari 2012. Foto's Tien Heestermans vogelverschrikker? 4 "V1 23

Tijdschriftenbank Zeeland

Sterna | 2012 | | pagina 23