Zeearenden op het Hellegat
Dick van Houwelingen, Gert Huyzers, Martijn de
Jonge, Leo Linnartz, Thomas Luiten, Martin Mol-
let, Kees Roselaar, de heer en mevrouw van Rij,
Ellen Sandberg, Norman van Swelm, Bas Verhoe-
venen Pirn Wolf voor het verstrekken van gegevens.
Literatuur
Beaman, M. S. Madge. 1998. The Handbook of Bird
Identification. Christopher Helm. Londen.
Forsman,D. 1999.The raptors of Europe and the Middle
East.T AD Poyser. Londen.
Ouweneel, G.L. 1997. Zeearenden Haüaeetus albicilla
in de noordelijke delta. Het Vogeljaar 45:100-114.
Roder, F.E.de R.G.Bijlsma. 2009. Vierde broedgeval
van de Zeearend Haliaeetus albicilla in Nederland. De
Takkeling 17:195-200.
Vergeer, J-W. 2010. Project Monitoring Wintervogels
Zuid-Holland.Nieuwsbrief2009/10nr.5.Provincie Zuid
Holland SOVON Vogelonderzoek Nederland.
Een winters spektakel
De meldingen nemen toe en geregeld zien fo
rensen op de Hellegatsdam één of meer Zeearen
den vliegen. Gezien de meldingen en foto's van
Zeearenden op de Hellegatsplaten en Ventja
gersplaten ging het afgelopen winter om mini
maal vijf verschillende exemplaren, waarvan
slecht eenmaal een volwassen exemplaar. Bijna
dagelijks worden Zeearenden gezien en de dieren
hangen steeds meer op dezelfde plekken rond.
Dan gebeurt waar bijna niemand op durfde
hopen: twee Zeearenden worden baltsend en met
takken slepend gezien! Beide dieren worden
vanaf dan vrijwel altijd in eikaars nabijheid gezien
en beide dieren maken spectaculaire duikvluch
ten naar potentiële broedbosjes. Wat een spekta
kel om te zien! De duikvluchten worden gevolgd
door een 'follow-the-leader' luchtshow. Het gaat
om twee onvolwassen dieren, uit het tweede en
derde kalendeijaar. De eerste speculaties over
mogelijke broedgevallen worden al geopperd.
Het lijkt niet meer stuk te kunnen,maar dan, als de
dooi inzet, blijken beide dieren als sneeuw voor de
zon verdwenen. Na 16 februari eindigt de conti
nue reeks van waarnemingen. Ongeveer op het
zelfde moment waarop ook in 2009 de laatste Zee
arend van die winter gezien werd.
Paarvorming
Bij Zeearenden vindt de paarvorming plaats in
de fase voor de volwassenheid, meestal tussen het
tweede en vijfde levensjaar. Omdat onvolwassen
dieren nog niet territoriaal zijn verlaten ze vaak
hun geboortegebied om elders te overwinteren.
Op deze manier vinden onvolwassen dieren el
kaar en nieuwe geschikte broedgebieden. Glo
baal lijken er in Nederland drie verlovingsparen
aanwezig: in Lauwersmeer, IJsselmonding en
Delta. Deze paren bestaan uit jonge vogels die
vaak samen worden gezien maar nog niet oud ge
noeg zijn om te broeden. Wanneer in een gebied
jaarrond een verlovingspaar aanwezig is dan is
vestiging (vaak) de volgende stap. In de Oostvaar-
dersplassen zat vanaf zomer 2004 een verloving-
spaar, twee jaar later hadden ze hun eerste nest.
Wanneer ze aan elkaar vastklauwen en tollend
10
Leo Linnartz Dirk van Straalen
Al jaren is de Zeearend een wintergast in lage, maar wisselende aantallen in de Zuidwestelijke
Delta. Meestal hangen er vanaf november of december wel één of twee Zeearenden rond in het
Haringvliet of Hollands Diep. Lang blijven ze meestal niet en vaak zijn de vogels al in februari
gevlogen. Deze winter was het echter anders. Al vanaf 11 augustus hangt er een Zeearend rond in
het gebied van Tiengemeten, de Ventjagersplaten en de Hellegatsplaten. Op 19 november wordt
voor het eerst melding gemaakt van twee vogels, al snel gevolgd door meldingen van drie exem
plaren drie dagen later.