Tabel 2. Getelde aantallen roofvogels op Goeree-Over-
flakkee inde winter 2000-2001
soort/maand
okt.
nov.
dec.
jan.
febr.
mrt
Bruine kiekend.
6
10
11
9
9
15
Blauwe Kiekend
3
7
5
9
6
3
Steppenkiekend.
-
-
-
1
-
-
Grauwe Kiekend
-
-
1
-
-
-
Havik
-
-
-
1
-
-
Sperwer
11
11
1
7
7
8
Buizerd
45
47
61
36
66
38
Ruigpootbuizerd
1
1
1
-
Torenvalk
56
38
69
31
42
43
Smelleken
5
3
-
3
4
1
Boomvalk
1
-
-
-
-
-
Slechtvalk
3
5
4
2
3
1
Roofvogels
Het Deltagebied behoort tot de meest noorde
lijke overwinteringgebieden van de Bruine Kie
kendief. Afgelopen winter konden we steeds een
behoorlijk aantal Bruine Kiekendieven noteren,
waaruit blijkt dat extreme vorst en sneeuw uitge
bleven zijn. De meeste exemplaren waren in en
rond de Scheelhoek te zien.Tegen dat het donker
werd. kon daar ook genoten worden van zeker
tien zwevende Bruine Kiekendieven, die hun
slaapplaats opzochten. Elders op het eiland, maar
altijd in de buurt van rietkragen, werden ze ook re
gelmatig waargenomen.
Het aantal Blauwe Kiekendieven was aan de
lage kant, geheel volgens de regels "Hoe kouder,
hoe meer" en "Hoe milder, hoe minder". Over het
gehele eiland kunnen we ze tegenkomen, steeds
herkenbaar aan de witte stuit. Een aardig detail is,
dat elke keer weer blijkt, dat het mannetje Blauwe
Kiekendief tot een van de favoriete vogels onder
vogelaars gerekend mag worden.
Winter 'OO-'Ol bracht ons de opmerkelijke ver
schijning van een Steppenkiekendief boven het
Flakkeese land. Zowel in november als in januari
werd deze soort gemeld, maar ook buiten de tel
lingen werd de vogel diverse keren gezien. Of het
nu een min of meer verdwaalde vogel was of niet,
het is en blijft een bijzondere gebeurtenis.
En in december werd een Grauwe Kiekendief
waargenomen op de gorzen bij Stad aan 'l Haring
vliet. Normaal gesproken komt deze soort in de
wintermaanden hier niet voor, maar de melding
paste perfect in het beeld van de andere waarne
mingen van nog niet weggetrokken zomervogels.
Blijkbaar hebben we een bijzondere herfst achter
de rug.
De laatste jaren worden we wat vaker verrast
door een rondvliegende Havik. In januari werd de
vogel gezien bij Herkingen in een nieuw aange
legd "bos". Ook op de Slikken van Flakkee werd
(dezelfde?) Havik gezien. In westelijk Nederland
gaat het meestal om solitaire, vaak juveniele
exemplaren.
Sperwers komen op Goeree-Overflakkee het
vaakst voor bij de dorpen, omdat daar de meeste
begroeiing is. Het gaat dan om perken, heggen,en
niet al te grote oude en nieuwe bosgebiedjes. De
Sperwer jaagt tot in de tuinen toe. Aangezien onze
tellingen vooral in de buitengebieden plaatsvin
den, zal het aantal Sperwers uit de tabel te laag
zijn. want een top van 11 ex. doet de Sperwer geen
recht.
Het hoogste aantal Buizerds werd pas in febru
ari bereikt. De andere wintermaanden bleven ech
ter niet ver achter. Vergeleken met vorige winter
moesten we vaststellen.dat er 10 tot 15 ex. minder
waren. Onder invloed van het broedsucces en de
hoeveelheden voorradige prooidieren zullen we
altijd schommelingen houden. We mogen nog
steeds heel blij zijn met "onze"aantallen Buizerds.
45