ken telkens op geschikte plaatsen langs de Neder
landse kust nieuwe planten op. Misschien dat in
heemse Zee venkelzaden zich onder gunstige om
standigheden ook wel verspreiden. Op sommige
plaatsen houdt Zeevenkel het namelijk wel lang
vol, zoals op Neeltje Jans waar al enkele jaren een
behoorlijk aantal planten staat (pers. med. C. de
Vos).
Voorkomen op Schouwen na 1949
Hoewel Zeevenkel ai vanaf ongeveer 1900 in
Nederland voorkomt, kon ik wat het voorkomen
van de soort op Schouwen-Duiveland betreft
geen gegevens van voor 1949 vinden. Hoogst
waarschijnlijk zal de plant in de eerste helft van de
vorige eeuw hier ook al af en toe zijn voorgeko
men.
In de dagboeken van J. Viergever vond ik: 3-9-
1949:"opde buitendijk van de Kistersinlaag staat
de Zeevenkel in vrucht".2-8-1952:"Cauersinlaag:
Aan de dijk 1 plant Zeevenkel". Deze waarne
ming is bijzonder omdat het om bijna dezelfde
groeiplaats gaat als die van "onze"Zeevenkel! Op
4-10-1958: "Schelphoek: Aan de bovenrand van
de glooiing tussen dijkpaal 35-36 een tweetal pol
letjes Zeevenkel (Crithmum maritimum) waar
van een met één bloeischerm". 9-9-1959: "Op de
dijk van de Schelphoek op 5 plaatsen Grasklokjes
gevonden. De Zeevenkel bloeit met één scherm".
Waarschijnlijk ging het hier om één van de plan
ten die Viergever er het jaar daarvoor vond. 12-6-
1960: "Flauwersinlaag:(Tussen pl. 42-
43 een plant Zeevenkel". Vanaf dit jaar komen er
in de dagboekaantekeningen geen Zeevenkel
vondsten meer voor.
Pas in 1971 wordt er weer een plant gevonden
dit keer bij het haventje van "De Val"( Beekman.
1980). In het Grevelingenbekken werd de plant in
1988 bij Bommenede aangetroffen (pers. med. C.
de Kraker). Uit deze gegevens blijkt dat Zeeven
kel toen ook zeer zeldzaam was en meestal na 1
jaar alweer verdween. Hoe het de laatste jaren
met het voorkomen van Zeevenkel is gegaan heb
ik niet nageplozen maar het zal naar alle waar
schijnlijkheid hetzelfde verhaal zijn geweest: een
één- of tweejarig optreden van de soort om daar
na te verdwijnen en ergens anders weer op te dui
ken, met als uitzondering de planten op Neelje
Jans.
Tenslotte is het met "onze" Zeevenkels helaas
niet goed afgelopen. Half september ontdekten
een paar uitgebroken schapen de planten ook.
proefden ervan en vonden ze lekker! Ze werden
tot op het basalt toe afgevrelen. Misschien lopen
de resten dit voorjaar noguit en kunnen we van de
zomer deze bijzondere planten toch weer bewon
deren.
Literatuur
Beekman, F. 1980. Zeldzame planten hij de Val: Zeevenkel en
Blauwe Morgenster. Sterna 24.3/4.
Viergever, J..Natuurhistorische aantekeningen 1949-1983
Weeda, E.J.. R.Westra. C.Westra T.Westra 1985-1991Ne
derlandse oecologische flora, wilde planten en hun relaties. IVN
i.s.m.VARAen VEW1N.
Ook geïnteresseerd in planten?
Neem contact op met de coördinator van de Plantenwerkgroep (zie adressen achterkant Ster-
na). De diverse werkgroepen organiseren allerlei activiteiten die niet altijd in de Sterna ver
meld staan.
11