Ganzen en zwanen op Schouwen-Duiveland, voorkomen en kansen. In een gezamenlijk artikel belichten Cor Berrevoets en Jan-Willem Vergeer de stand van zaken met betrekking tot de ganzen en zwanen op Schouwen-Duivel and. Cor Berrevoets geeft aller eerst een overzicht van de aantallen per soort, belang van Schouwen-Duiveland in internationaal en provinciaal opzicht, voedsel en de gebieden waar ze verblijven. Veel informatie valt ook te halen uit de heldere figuren en grafieken. Jan-Willem Vergeer gaat vervolgens in op een aantal be heersaspecten die met de opvang van zoveel ganzen en Kleine Zwanen samenhangen. Want het zijn er heet wat, Schouwen-Duiveland is een echt ganzenlandje! Cor Berrevoets Jan willem Vergeer' 1. VOORKOMEN IN RUIMTE ENTIJD Algemeen Ganzen en Zwanen kunnen verdeeld worden in twee hoofdgroepen, vogels die grazen en zij die op oogstresten foerageren. Onder de grazers worden gerekend de Knobbelzwaan, Kolgans, Rotgans en Brandgans. Alle andere soorten foerageren voornamelijk op oogstresten en scha kelen alleen tijdens koude-periodes over op grassen. Knobbelzwaan, populatie 210 000 (NW en Cen traal Europa. 1% 2100) Internationaal en regionaal gezien is Schouwen- Duiveland niet van groot belang voor de Knobbel zwaan. De ontwikkelingbinnen de soort op Schou wen-Duiveland is onbekend, slechts van twee jaar zijn telgegevens bekend. Gedurende het gehele jaar komen er Knobbel zwanen voor op Schouwen-Duiveland. In de zo mermaanden betreft dit broedvogels die in het na jaar worden aangevuld met vele tientallen vogels uit andere gebieden. In de winter van 1995/96 ver bleven er maximaal 50-60 Knobbelzwanen in het binnendijkse gebied van Schouwen-Duiveland. Deze vogels werden voornamelijk waargenomen op graslanden in de omgeving van de Grevelingen. Kleine Zwaan, populatie 17 000(NW Europa, 1 160) Schouwen-Duiveland is voor de Kleine Zwaan een gebied van internationaal belang, vooral in de maanden november en december is vaak meer dan 5% van de totale populatie op Schouwen-Duive land aanwezig. Ook binnen Zeeland is Schouwen- Duiveland het belangrijkste gebied voor deze soort. De maximale aantallen schommelen sinds het begin van de jaren negentig tussen 848 en 1355, doorveel uitwisseling met Goeree-Overflakkeeen Noord-Beveland wisselen de aantallen soms dage lijks. 1Coördinator Ganzenwerkgroep Zeeland 2) Regioconsulent Delta, Vogelbescherming Nederland Vanaf eind oktober arriveren de eerste Kleine Zwanen op Schouwen-Duiveland. Op zoek naar akkers met oogstresten van voornamelijk bieten zijn de meeste van deze vogels te vinden in de om geving van Ouwerkerk-Oosterland en tussen Brouwershaven en Zonnemaire. Gedurende de laatste jaren zijn worden er jaarlijks tot 1000 Kleine Zwanen in november of december waargenomen. In januari zijn de meeste vogels weggetrokken naar o.a. Engeland, in februari en maart zijn er meestal nog enige tientallen aanwezig. Tijdens koude winters kunnen Kleine Zwanen vaak langer blijven.ze schakelen dan ook vaak over van de hard bevroren oogstresten naar grassen. Rietgans, populatie 300 000 (alleen rossicus1% 3000) Binnen het Deltagebied is Schouwen-Duive land het belangrijkste gebied voor de Rietgans. Jaarlijks overwintert 1-2% van de totale populatie op Schouwen-Duiveland. Binnen Zeeland zit vaak meer dan de helft van de Rietganzen op Schouwen- Duiveland. Het jaarmaximum van de Rietganzen varieerde tussen 1991/92en 1995/96 tussen de 3666 en 5080. In tegenstelling lot een tiental jaren geleden arri veren de Rietganzen op Schouwen-Duiveland te genwoordig al eind oktober. De hoofdmacht komt echter pas eind november aan en bestaat meestal uit 4-5000 vogels. Meestal blijven deze vogels tot begin februari, maar in jaren met veel koude wor- 5

Tijdschriftenbank Zeeland

Sterna | 1997 | | pagina 7