Zeearenden. Toekomstige broedvogels bij het Krammer-Volkerak? Foto: G. L. Ouweneel.
de tweede categorie, Nederland een cruciale posi
tie inneemt. Is het dan niet vanzelfsprekend dat
daar waar wij in Nederland de mogelijkheid heb
ben iets voor deze „aandachtsoorten" te doen, de
ze kans moet worden opgepakt?
De Beheerscommissie Krammer-Volkerak stelt
fn haar vorig jaar uitgekomen beheersvisie dat het
beheer van het gebied „gericht zal zijn op het zich
op zo natuurlijk en volledig mogelijk laten ont
wikkelen van ter plaatse thuishorende levensge
meenschappen van bos, halfopen landschap, moe
ras, grazig gebied en open water in zo groot
mogelijke beheerseenheden". Dit moet de natuur
liefhebber wel als muziek in de oren klinken. Ein
delijk in dit intens door mensenhand beroerde
land, gronden waar de natuur haar gang kan
gaan. De visie voegt er voorts aan toe, dat in het
westelijk deel van het Krammer-Volkerak (en in
het Zoommeer) het accent zal liggen op een open
tot half-open wetland-landschap met watervogels
en vissen, terwijl in het zuidelijk en oostelijk deel
het accent komt te liggen op de ontwikkeling naar
bos en de ontwikkeling naar mozaïekland
schappen.
Wanneer we nu de 57 soorten van onze Rode
Lijst nalopen, blijken die in het Krammer-
Volkerak best ruim aan bod te komen. De lijst telt
acht soorten grote moerasvogels. Welnu, voor de
Slikken van Heen West, de Dintelse Gorzen en
ook nog elders worden moeras en vochtige terrein
gedeelten aangeduid. De visie somt mogelijkhe
den op voor o.a. Aalscholvers, Blauwe Reigers,
Purperreigers, Roerdompen, Woudaapjes en Le
pelaars. Voorts bevat de Rode Lijst tien soorten
watervogels waaronder Kleine Zwaan, Kleine Riet
gans, Kolgans, Grauwe Gans en Brandgans, alle
maal soorten waarvoor onze natie internationaal
een sleutelfunctie vervult. Terecht heeft de Be
heerscommissie in haar visie in een apart hoofd
stuk de plaats van o.a. het Krammer-Volkerak
voor overwinterende ganzen behandeld, waarbij
de conclusie luidt dat er voor deze vogels facilitei
ten moeten komen. Deze zijn vooral gevonden via
de ontwikkeling van een 250 hectare groot gras
land op de Krammersche Slikken, maar voorts
ook elders. Dan onze vier Rode Lijst-weidevogels:
Kemphaan, Watersnip, Grutto en Tureluur. Deze
zullen het vooral moeten hebben van de begraasde
gebieden, waarbij de Watersnip wellicht tevens
baat kan hebben bij vochtige half-open terreinde-
len. Maar de conclusie lijkt gewettigd dat de be
heerscommissie bij het vaststellen van de plannen
niet a priori aan weidevogels gedacht heeft. Het
toekomstige Krammer-Volkeraklandschap zal nog
andere Rode Lijstsoorten soelaas bieden. De drie
kiekendieven, rallen waaronder Kwartelkoning,
Zwarte Stern, Blauwborst, Grasmus, Rietzanger
en Grote Karekiet zijn soorten die men zich in het
landschap dat de beheerscommissie ons voorschil
dert, moeiteloos als broedvogel kan voorstellen.
Vijf Rode Lijstsoorten die er thans broeden zullen
na verloop van tijd verdwijnen: Kluut, Bontbek
en Strandplevier alsmede Noordse Stern en
Dwergstern.
69