In de komende jaren gaat de commissie een pro gramma opstellen en vervolgens een plan tot her inrichting maken. Bij het opstellen van het pro gramma maakt de commissie gebruik van een viertal (sectorale) deelrapporten: 1. Het landbouwstructuuradvies van de Provin ciale Raad voor de bedrijfsontwikkeling in de landbouw. 2. Het advies landschapsbouw van Staatsbos beheer. 3. Het advies van de openluchtrecreatie van de consulent openluchtrecreatie in Zuid-Holland. 4. Het advies van de natuurwetenschappelijke commissie (NWC). Inmiddels zijn de adviezen gepresenteerd aan de commissie. In de fase die nu komt zal worden ge tracht hieruit een programma op te stellen. In de deeladviezen worden de problemen en oplossingen vanuit de eigen invalshoek (sector) toegelicht. Dit houdt in dat de adviezen strijdig met elkaar kun nen zijn, zodat het maken van plannen waar ieder een zich in kan vinden een moeizaam karwei kan worden. Randvoorwaarden Behalve de deeladviezen zijn er nog een aantal randvoorwaarden die worden opgelegd door het algemene overheidsbeleid met betrekking tot de ruimtelijke ordening. Van belang zijn zoal: Op rijksniveau, de 3e nota voor de ruimtelijke ordening, waarvan de Nota Landelijke Gebieden deel uitmaakt. Hierin wordt de Kop van Goeree omschreven als: „gebied met als hoofdfunctie na tuur". De voorrangsinventarisatie Relatienotage- bieden: Hiervoor is in Ouddorp-West 184 ha in het zandwallengebied en 25 ha in de Preekhilpolder opgenomen. Dit betekent dat bovenvermelde op pervlaktes in aanmerking komen voor reservaats vorming en/of beheersovereenkomsten. Op provinciaal niveau wordt in het Streekplan de gewenste ontwikkeling vastgelegd, uitgaande van het bovenstaande. Dit houdt onder meer in veiligstellen van de natuurwaarden en een behou dend beleid met betrekking tot de verblijfsre- creatie. Op gemeentelijk niveau worden de details uit gewerkt in de bestemmingsplannen: Het landelijk gebied en het bestemmingsplan Oude Nieuwland en Oudeland. Beide plannen zijn inmiddels vast gesteld. Hierin hebben de zandwallen de bestem ming beschermde natuur en de landbouwgronden ertussen de bestemming beschermd agrarisch gebied. In de zojuist verschenen nota Verblijfsrecreatie wordt een behoudend beleid voorgesteld inzake 47

Tijdschriftenbank Zeeland

Sterna | 1988 | | pagina 47