Tabel 1. Levend gevonden oliesiachloffers in de periode van
8 lot 17 januari 1988 op het strand van Neeltje Jans, Schou
wen en Brouwersdam.
Soort Vr/Za Zo Ma Di Wo Do Vr Za Zo Totaal
Duikers
1
1
1
3
Futen
153
23
24 9
1 4
1
3
218
Eidereenden
2
27 12
5 21
18
37 15
137
Zeeeenden
82
66
75 33
39 48
19
33 11
406
Alk
4
3
7
Zeekoet
208
20
13 6
3
1 2
253
Overigen
5
1 1
7
Totaal 447 115 139 66 45 77 39 75 28 1031
stranden werden verzameld. In totaal werden 1411
olieslachtoffers gevonden. Dit aantal geeft slechts
een klein deel van het werkelijke aantal getroffen
vogels weer.
Op vrijdag 8 januari werden door de tellers op
Schouwen circa 1000 Zeekoeten waargenomen.
Een deel op het strand en de rest vlak voor het
strand in zee. Slechts 367 exemplaren werden hier
van teruggevonden. Het is niet duidelijk of de rest
van de Zeekoeten verder is getrokken of na ver
drinking is gezonken.
Door particulieren zijn naar schatting twee- tot
driehonderd levende vogels mee naar huis geno
men. De kratten die op de Brouwersdam waren ge
plaatst, met daarbij bordjes met het verzoek om
hierin de gevonden olievogels te plaatsen, bleken
door onbekenden (thuisdokters en verzamelaars)
te worden leeggehaald.
Een deel van de vogels, voornamelijk Zwarte Zee-
eenden, is de Brouwersdam overgestoken naar het
Grevelingenmeer. Uit steekproeven bleek dat het
hier om 500 tot 1000 vogels ging.
Op maandag 11 januari werden voor de kusten
van Schouwen en de Brouwersdam vanuit de lucht
circa 800 olieslachtoffers geteld. Daarnaast wer
den er die dag op de stranden van Schouwen en de
Brouwersdam in totaal 700 levende Zwarte Zee-
Tabel 2. Dood gevonden oliesiachloffers in de periode van
8 lol 17 januari 1988 op het strand van Neeltje Jans, Schou
wen en Brouwersdam.
Soort
Vr/Za
Zo Ma Di Wo Do Vr Za Zo Totaal
Duikers
1
1
Futen
20
5
4
4
2
35
Eidereenden
1
1 2
6 4
2
16
Zeeeenden
10
5
10 49
40
28 26 12
7
187
Alk
4
1
1
2
3
11
Zeekoet
10
12
13 37
15
5 19 1
2
114
Overigen
5
5
3 1
2
16
Totaal
49
24
24 98
61
33 60 18
13
380
eenden geteld.
Slechts een deel hiervan is teruggevonden.
In eerste instantie leek het er op dat voornamelijk
Zeekoeten en Futen het slachtoffer van de oliever-
ontreiniging waren geworden. Op zondag 11 ja
nuari bleek echter dat ook de Zwarte Zeeëenden
en de Eidereenden, die zich bij het begin van de
stranding nog achter de branding bevonden, vrij
wel allemaal met olie waren besmeurd. Vanaf deze
dag werden tijdens de zoekacties vrijwel alleen de
laatstgenoemde soorten gevonden.
Discussie en aanbevelingen
De omvangrijke olieverontreiniging begin januari
'88 en de grote publicitiet die daar aan gegeven is,
heeft de discussie aangaande olieverontreiniging
doen oplaaien. Op vragen aangaande de bestrij
ding van olieverontreiniging door de scheepvaart
antwoordde de minister van Verkeer en Waterstaat
dat het onmogelijk is om alle scheepvaartbewegin
gen op het Nederlandse deel van de Noordzee te
controleren. Zij wijst de kritiek, dat er te weinig
controle zou zijn, van de hand.
De Nederlandse kustwacht beschikt over een vlieg
tuig dat is uitgerust met geavanceerde apparatuur
ten bate van de opsporing van olievlekken op zee.
In de dagen voorafgaande aan de stranding moe
ten grote vlekken olie op zee gedreven hebben. Dit
wordt bevestigd door vissers die op 4 januari grote
olievelden waarnamen (Algemeen Dagblad 16-1-
'88). Echter, de kustwacht ontdekte pas dat er iets
aan de hand was toen de stranding van olie en vo
gels een feit was.
Olie op zee is een veelvuldig voorkomend feno
meen. Een grote hoeveelheid olie zoals in januari
'88 komt gelukkig niet veel voor. Ongelukken als
die met de Borcea zijn niet altijd te voorkomen.
Dit soort ongelukken kunnen een acute sterfte on
der zeevogels veroorzaken. De druk op de zeevogel
populaties door de zogenaamde operationele lo
zingen (van afvalolie) is veel constanter en heeft
een chronisch karakter aangenomen. Door deze
chronische verontreiniging komt jaarlijks een veel
voud om van de vogels die nu door de Borcea
ramp zijn omgekomen. Een duidelijk voorbeeld
van de slachting die een kleine machinekamerlo
zing kan veroorzaken is de nog vers in het geheu
gen liggende ramp in het Waddengebied in 1987.
Dit soort lozingen komt dagelijks voor. De gevol
gen hiervan zijn meestal echter niet waar
neembaar.
Een betere bestrijding van de olieverontreiniging
door de scheepvaart moet bij kunnen dragen in
het voorkomen van de verontreiniging van de
3