11s ■3 03 co king door de waterleiding en door sterke verdamping van de zich ontwik kelende dennenplantage bij V/estenschouwenDaarnaast kan deze verminder de watertoevoer uit de hoge duinen gemakkelijker wegvloeien naar de pol der door het graven van nieuwe waterlopen en het aanbrengen van verbete ringen aan het bestaande stelsel van waterlopen in de duinvlakte èn door lagere polderpeilenDe opkomst van het stoomtijdperk maakte in de polder een eind aan de vooral in de winter en voorjaar optredende hoge water standen. Hierdoor kan er in de winter een peil worden gehandhaafd dat vroeger pas in de loop van de zomer werd bereikt. Er kwamen zodoende meer mogelijkheden voor akkerbouw in de polder Schouwen. De bemaling heeft dus vooral in winter en voorjaar een sterk ontwaterend effekt op de binnenduinen Door bovengenoemde oorzaken was het voor de fruitteelt nodig de afvoer van zoet water uit de duinen naar de polder gedurende het groeiseizoen enigszins te beperken. Om verdrogingsverschijnselen te voorkomen werden onder andere in de afwatering langs Hogezoom en Jonge Jan Boeijesweg stuwtjes geplaatst die in het voorjaar het zoete water moesten vasthou den. Dit bufferen van duinwater betekende ook het vochtig blijven van lage delen van de vroongronden met als resultaat daar een vegetatie met planten als Harlekijnorchis, Vlozegge, Parnassia en Moeraswespenor- cis (Beijersbergen e.a., 1983). Na de ramp bracht de herverkaveling van de polder de doodsteek voor de fruitteelt in de duinvlakte. Ten tijde van de herverkaveling werden de stuwtjes verwijderd en de watergangen naar de polder breder en dieper gemaakt. De "verbeterde" afvoer werd extra bevorderd door een verlaging van het polderpeil met nog eens 40 cm. Het blijft dezerzijds tamelijk onbegrijpelijk waarom in die tijd zo vol ledig aan het economisch belang van de Westhoek werd voorbijgegaan. Er was nog geen (rekreatieve) bebouwing die eisen stelde aan het grondwater peil, terwijl het uitzakken van wat meer zoet water naar de aangrenzende polder gedurende het groeiseizoen voor de landbouw alleen maar gunstig kan worden genoemd. Van oudsher is het beleid van de polder ten opzichte van de Bannen gericht op het bevoordelen van de eigen belangen. De Oos teren Ban lag in de gemeente Renesse, de Westeren Ban in Haamstede. Hal verwege de Hogezoom is in de vroongronden de grenspaal nog aanwezig.

Tijdschriftenbank Zeeland

Sterna | 1983 | | pagina 5