~Ï2d Tekening: Kees de Kraker Conclusie Uit de tellingen blijkt dat de Zandspiering een belangrijk bestanddeel vormt van het voedselpakket van de Grote Stern. Mogelijk neemt het aandeel van Zandspiering in de loop van het voorjaar af als gevolg van de komst van scholen jonge Haring voor de kust. Slotopmerking Bij de door ons uitgevoerde tellingen gaat het alleen om de voor de jon gen aangevoerde vis in de maand juni. De indruk bestaat dat er eerder in het voorjaar méér Zandspiering wordt gevangen. Toekomstige tellingen zullen nodig zijn om vast te stellen of de fluctua ties in het aangevoerde percentage Zandspiering regelmaat vertonen. Hier voor dient de telperiode te worden uitgebreid tot de periode april/mei. Daarnaast kan de mogelijke invloed van het getij op de voedselkeuze wor den achterhaald door meer gegevens te verzamelen gedurende het doorzetten van de vloed. Kees de Kraker. Met dank aan Henk BaptistPeter Meininger en John Beijersbergen voor het beschikbaar stellen van de resultaten van de vliegtuig te Hingen bo ven de Voordelta en het doornemen van het manuscript. Literatuur. BaptistH.J.M.en P.L. Meininger (1983). Ornithologische verkenning van de Voordelta van Zuidwest-Nederland, 1975-1983. Rijkswaterstaat delta dienst, hoofdafdeling milieu en inrichting. Nota DDMI 83-19.

Tijdschriftenbank Zeeland

Sterna | 1983 | | pagina 18