DWERGSTERN
Veel was er aan gedaan om het terrein voor Dwergsterns geschikt te hou
den (schelpenstortzoutwaterberegeningDuindoorns getrokken en een
stukje gewied), maar het bleek voor het grootste deel vergeefse moeite.
Door de aanhoudende regenval spoelde het zoute water snel uit en raakte
de gestorte schelpenbank geheel begroeid.
Alleen het kaal gewiede lapje grond bleek aantrekkelijk voor Dwergsterns.
Op het open stukje van 5 bij 5 meter^kwamen zo'n 19 paar tot broeden,
dus bijna een dichtheid van 1 paar/m wat erg dicht op elkaar is. Toch
was deze situatie verre van ideaal: dichtbij het stukje vestigden zich
Visdiefjes en Kokmeeuwen, terwijl enkele Scholeksters al op korte af
stand (5 en 10 meter) zaten te broeden. Aangezien Dwergsterns altijd
proberen op enige afstand te blijven van andere Sterns of Meeuwen, gaf
dit voortdurend aanleiding tot konflikten.
Na de eerste telling werd vanaf het huis met de teleskoop waargenomen
dat een Scholekster snel de inhoud van enkele eieren naar binnen werkte.
Op 20 juni zag alles er gezond uit - zo'n 17 nesten met eieren en al
een paar jongen. Toch is het kort hierna fout gegaan. Een week later was
er opvallend weinig visaanvoer voor de jongen die er zouden moeten zijn.
Een paar dagen later vloog er maar een enkele vogel meer en toen we op
2 juli gingen kijken hoe het er mee stond was er zelfs geen Dwergstern
meer te bekennen. Er lagen ook geen dode jongen of lege eierschalen.
Wellicht zijn het rondzwervende ratten geweest die dit kolonietje ge
plunderd hebben, al kunnen we predatie door Kok- of Stormmeeuwendie
vrij dichtbij broedden, niet helemaal uitsluiten.
Hierna werd behalve het paar dat op het Slik broedde, nauwelijks nog een
Dwergstern gezien.
Tellingen Tweede Sternbank: 27/5 - 8 pr., 20/6 - 19 pr.2/7 - geen.
De begrazing met paarden en schapen is een beheersmaatregel met als
doel op de lange duur waardevolle vegetatie te laten ontstaan.
Bij onvoldoende begrazirug vindt verruiging plaats en loopt het gebied
snel dicht met Duindoorn of Wilg. Foto: Kees de Kraker.
