jelruit (Thalictrum flavum )je dezer soort stond aan ^ingenusweg (thans Kraye- r hoogte van de zuidwest- (het bungalowpark) h scherp westelijk afboog ng perceel, dat erg laag en nog al eens onder wa lk was het een restant van nde Hamer. Het heette aan kwam het tot aan "het (zie "Sterna" van juni et bevatten de omliggende pseudacorus L.), Grote rectum L.), Grote lisdod- Gewone wederik (Lysi- 1 Gewone kattestaart allemaal planten die men toen, ook verder in de sloten van de Burghse polder, kon aantreffen, doch waarnaar men nu daar tevergeefs zal zoeken. Even ten zuidwesten van het punt waar de Smalle weg de (vroegere) Hoge weg (nu Daleboutsweg) ontmoette hadden we een perceel waar enkele planten Bosaardbei (Fragaria vesca L.) in de slootkant groeiden. Het perceel heette "De Wek- kens", hetgeen wel zijn oorzaak zal vinden in enkele wekkens die hier lagen. (Een wekken is een smal, dikwijls slecht onderhouden en dood lopend wegje, dienend om niet aan een weg lig gende percelen bereikbaar te maken.) Men had er het Pereboomwekkenhet Kromlandswekkenhet DankerswekkenDit laatste liep uit op de wei van Dalebout, waar in de eerste decennia dezer eeuw de Kievitsbloem (Fritillaria meleagris L.) nog voorkwam (zie "Sterna" van december 1974)

Tijdschriftenbank Zeeland

Sterna | 1979 | | pagina 11