HET BOSGEBIEDs De flora
Da 1953 ontwikkelde zich in het Schelphoekgebied een schor
achtige vegetatie met onder andere zeeaster (Aster tripoliu::;)
en melde (Atriplex)Enkele jaren na de sluiting werd een ge
deelte ingezaaid met gerst, teneinde een verbetering van de
grond te verkrijgen.
Door de herverkavelingscommissie Zeeland werd het Schelp
hoekgebied toebedeeld aan het Staatsbosbeheer, die van 1958
tot en met 1964 34 ha van dit gebied bebostes
1958 s 3i ha. 1961 14 ha.
1959 Qh ha. 1963 5 2g- ha.
1960 s 3| ha. 1964 2 ha.
In totaal werden er ongeveer 370.000 struiken ingeplant.
De inplantingen vonden plaats
in vierkants- en driehoeks-
verband, maar soorten als er-
gelantier (Rosa rubiginoaa),
duindoorn (Hrppophacs rhan
no iiies)kruipwilg (Salix ro
pe rial en smalbladige olijf wilg
(Bieagnus an-astifolia) wer
den ook in wildverband ge
plant
Dank zij deze inplantingen zijn
nu, 10 tot 15 jaar later, de
volle bosgedeelten en prach
tig gevarieerde singels ont
staan.
Zo bestaat de singel aan de zijde van de Stolpweg, die de
zuidwestelijke winden op moet vangen uit eenstijlige meidoorn
Crataegus monogyna) 39$> sleedoorn (Prunus, soiiv sa)? 25;=,
esdoern (Acer oseudoplutanus) s 25$, hondsroos (Re sa canina);
5$, golderse roos (Viburnum spulun)5 5> en vlier (Sanbucus
nigra)s 1$. In totaal werden in deze singel 1700 ex. ver
werkt
In andere singels vinden we bij dit gezelschap ook nog de
vogelkers (Prunus pa dus), smalbladige olijfwilg, iep (ülaus
campestns)kornoelje (Cornus aas), kardinaalsmuts (Euony-
aus europaea), spaanse aak (Acer camoestris), heggeroos
TÊosa dumetorum) en hazelaar (Corylus avellana)
In de bosgedeelten vinden we soorten als de inlandse eik
(Quercus spec.), linde (Tilia spec.), berk (.Betula alba),
noorse esdoorn (Acer platanoides) en gewone esdoorn. In de
19