palingvisser tussen Haamstede en Noordwelle er over gedacht hoe hij efficiënter de paling te pakken krijgen kan. Tezamen met een vakbroeder heeft hij een instrument vervaardigd, dat als 'palinglood' zal worden voorgedragen ter patentering. Het apparaat bestaat uit een buis en een verrekijker, om de vaartbodem af te zoeken. Het apparaat is nog niet feilloos, maar er is reeds een proef mee genomen. De buis werd in de modder gezet en er werd geloerd in de verrekijker. Toen zagen de vissers enkele palingen (al geeuwend volgens de overlevering) uit de modder kruipen. Een andere palingvisser heeft een lichtje op zijn dobber geconstrueerd en daar schijnen de palingen op af te komen. Nog weer een andere visser had gehoord dat een zakje van nylondoek met wormen zo goed was, om de palingen gek te krijgen. Hij heeft de 'naaibenne' van zijn vrouw aangesproken en daar een nylonkous uitgehaald en die aan stukken gescheurd, met de uitroep tot zijn hevig vertoornde vrouw: 'as d'r wat in de panne mot sisse, gae je kouse deran', als U wilt voelen hoe die palingvisser dit bedoelde. Dit alles tezamen zijn hoopgevende zaken vrienden, afgezien dan van het feit, dat de laatste van zijn vrouw 'de kous op de kop heeft gekregen'. Maar zo zijn vrouwen vaak. Tenslotte nog het verhaal van een heel vast houdende man (ook al weer in Schouwen), die om een of andere duistere reden zijn - wat genoemd wordt - zerken varkensbak' door de helft wilde zagen. Om dit te kunnen doen heeft de man eerst alle oude zagen in het dorp opgehaald en is toen zijn trog begonnen te zagen, dagen lang, naar de overlevering wil. Eilandman is thans gerechtigd (en gelukkig) mede te kunnen delen, dat de 'zerken varkensbak' het heeft laten afweten. Hij is in tweeën gekomen, ten koste van zweet en vast heel wat zagen. Ook dit feit is opwekkend. Zolang er immers varkensbakken worden door gezaagd, kan het leven niet zonder hoop zijn!" M.J. Bij de Vaate (1920-1982) was hoofd redacteur van de Zierikzeesche Nieuwsbode. Onder het pseudoniem (Schier)Eilandman schreef hij zesendertig jaar lang tweemaal in de week cursiefjes in de krant. Zoals zijn echtgenote en zoon in 1983 schreven: 'Als regionaal journalist heeft hij zich altijd bewogen binnen het spanningsveld van enerzijds de razende wereld van het 'grote' nieuws en anderzijds de noodzakelijkheid van het 'kleine' menselijke nieuws. In zijn cursiefjes heeft hij de vrijheid gehad zijn relativerende gedachten daarover te spuien'. In de Zierikzeesche Nieuwsbode van 8 maart 1957 was er onder meer aandacht voor onder meer de vreedzame mens, een proef en een zerkenbak. Hieronder een gedeelte daaruit. "Veel kan ons tegenvallen in het leven, maar nooit de mens als hij zich wijdt aan de kleine geneugten des levens en aan zijn liefhebberijen. Dat heeft Eilandman ervaren en hij is volmaakt dankbaar, dat Schouwen weer één van zijn geheimen heeft prijs gegeven, die zijn geloof in de vreedzaam bezig zijnde mens heeft versterkt. Natuurlijk-Eilandman schreef het al eerder- hebben de Schouwenaars gehoord van de echoloden op de Zierikzeese vissersschepen Welnu, de Schouwse palingvissers staan ook open voor vernieuwingen en daarom heeft een Paling proeven op de Zierikzeese kermis van 10 september 1959 (GASD O 3570) ,/V» nut de pepieren M.J. Bij de Vaate, Eilandmannen. Cursiefjes uit de Zierikzeesche Nieuwsbode (Zierikzee 1983) p. 3.

Tijdschriftenbank Zeeland

Stad en lande | 2017 | | pagina 18