Gids van Joods erfgoed in Nederland Jeroen Padmos Jan Stoutenbeek en Paul Vigeveno publiceren regelmatig over de geschiedenis van de joden in Nederland. Het boek Joods Amsterdam beleeft inmiddels zijn zesde herdruk en onlangs ver scheen van hun hand de Gids van Joods erfgoed in Nederland. Dit boek bespreekt per streek de gebouwen, monumenten, plekken en objecten die een plaats innemen in de joodse cultuur en geschiedenis. Een belangrijk deel van het boek is ingeruimd voor Amsterdam, Rotterdam en Den Haag. Dat is niet zo verwonderlijk omdat daar de joodse gemeenschap het grootst was. De auteurs vatten het begrip 'erfgoed' ruim op, door bijvoorbeeld ook organisaties zoals het joods maatschappelijk werk te bespreken. Je zou je daarbij af kunnen vragen of zo'n organi satie zichzelf ook ziet als erfgoedinstelling. Door systematisch per plaats het joods erfgoed te bespreken is geen museaal boek of reisgids ont staan, maar een goed leesbare geschiedenis van de joden in Nederland. Voor wie toch het afzonderlijk erfgoed wil bezoeken is per object het adres vermeld en zijn kaartjes opgenomen. Overigens is het jammer dat de voormalige weverij in Zierikzee wordt aangeduid met Kerkhofstraat in plaats van Kerkhof Zuidzijde. Het hoofdstuk 'Zeeland' bestaat uit een bespre king van Middelburg en Zierikzee. Kerkelijk verzet De vestiging van joden in Nederland kwam pas goed op gang na 1585 met de komst van de Sefardiem uit Spanje en Portugal, en later met de komst van de Askenaziem uit Duitsland en Oost-Europa. De meeste joden vestigden zich in Amsterdam (Mokum is het Jiddische woord voor 'stad'), Den Haag, Rotterdam, maar bijvoorbeeld ook in Groningen. Stoutenbeek en Vigeveno wij zen er terecht op dat Zeeland geen aantrekkelijk vestigingsgebied was. Daarvoor is een aantal oorzaken aan te wijzen. In 1618 sprak de syno de van Zierikzee over de toenemende immigra tie van Abrahams nakomelingen, die zich 'begin nen te nestelen'.1 Aanleiding voor die zorg was vooral de groei van een joodse gemeenschap in Middelburg. Er was daardoor in de ogen van de predikanten de kans ontstaan dat nietsvermoe dende christenen verleid zouden worden tot ongelovigheid. En anderzijds moesten die joden met kracht tot het christendom worden bekeerd.2 In 1637 werd opnieuw vanuit Zierikzee aange drongen op maatregelen. Dit keer was het druk ken van joodse boeken een doorn in het oog van de predikanten. Hoewel cijfers ontbreken mag aangenomen worden dat het aantal joden op Schouwen-Duiveland de religieuze getalsver houdingen niet wezenlijk heeft beïnvloed.3 Schouwen-Duiveland was en bleef zeker tot het eind van de achttiende eeuw grotendeels gereformeerd. Het gebrek aan aantrekkings kracht van Zierikzee en de andere Zeeuwse steden heeft ook te maken met de economi sche stagnatie die vanaf de achttiende eeuw merkbaar was. Het relatief vroeg wegtrekken van de Zeeuwse joden heeft eraan bijgedragen dat er weinig joods erfgoed in de provincie bewaard is gebleven. Hetgeen Stoutenbeek en Vigeveno bespreken is zoals gezegd beperkt tot Middelburg en Zierikzee. Het is jammer dat Nieuwerkerk niet is opgenomen dat zeker als klein centrum mag worden beschouwd, al ont breekt gedegen onderzoek.4 Opkomst, bloei en neergang De eerste joden die zich in Zierikzee vestigen zijn veelal marskramers en marktkooplie den waartegen wordt geageerd. Vooral het Zierikzeese gilde van kramers en hoedenmakers laat van zich horen. Ondanks die tegenstand ontstaat er een kleine gemeenschap. Het is Zadok Levie van Oss (later ook genaamd: Soesman) die in 1791 als eerste jood het Zierikzeese poorterschap verwerft. Van Oss is blijkens advertenties uit de Zierikzeesche Courant handelaar in huishoudelijke artikelen, zoals allerhande porseleinen (thee)serviezen, kristal, glaswerk, katoenen, neteldoeken en moltons.5 Deze zaak is gevestigd aan de Oude Haven waar in de woning (thans nummer 36) godsdienstoefeningen worden gehouden. In 1816 wordt de zogenaamde 'kille' van Zierikzee offici- 3

Tijdschriftenbank Zeeland

Stad en lande | 2016 | | pagina 5