Van de redactie
Ineke van den Broek
Voor u ligt het eerste nummer van het Mede
delingenblad in 2016. Het is een nummer dat tot
stand moest komen zonder de inbreng van onze
onnavolgbare eindredacteur Peter Noordermeer.
Hij is helaas al enige maanden door ziekte geveld
en daardoor niet in staat geweest het blad mede
gestalte te geven. De redactie wenst hem vanaf
deze plek een voorspoedig herstel toe. Wij heb
ben hem zeer gemist.
Terwijl ik dit schrijf, kijk ik even naar buiten.
De winter die geen echte winter wilde worden,
is al weer bijna voorbij. In de tuin bloeien sneeuw
klokjes, de tulpen staan al weer boven de grond,
de narcissen bloeien al. De lente is weer in aan
tocht, er komt weer kleur. Ook de kleur van de
omslag is dit jaar veranderd, van groen naar
blauw. Dit zijn de kleuren van Schouwen-
Duiveland: van het groen van het land, nu naar het
blauw van het water en van de weidse luchten
boven het land, ja, ook wij hebben een band met
Schouwen-Duiveland.
Dat velen die verbondenheid met het voormalige
eiland voelen, blijkt wel uit het verslag van de
secretaris van de Vereniging Stad en Lande en
uit de verslagen van de commissies die de
vereniging rijk is. Ze staan allemaal in dit num
mer. Het behoud van erfgoed en historisch
landschap van Schouwen-Duiveland gaat de
bestuurs- en commissieleden aan het hart en
daaraan hebben zij dan ook actief bijgedragen.
Daarnaast biedt dit nummer weer een gevari
eerd aantal artikelen die iets vertellen over het
nabije of het verre verleden. Piet Karman maakt
ons deelgenoot van de barre reis die hij moest
ondernemen om vanuit Colijnsplaat naar
zierikzee te komen om daar een opleiding te vol
gen en weer terug. Dat lukte, met moeite, binnen
een dag. Het vervolg van die reizen duurt nu al
een leven lang.
Wim Kesteloo verhaalt van een heel andere reis,
toen er nog veel meer gevaren moest worden:
zelfs tussen Schouwen en Duiveland was er
vroeger nog geen droge verbinding maar toch
kreeg Nieuwerkerk hoog bezoek.
André Flikweert neemt ons mee naar 19e eeuws
Zierikzee en Oosterland, en verhaalt van de
vermogende familie Keiler. Frans Keiler, heel-
en vroedmeester, was ondernemend van aard
en vergaarde een fortuin, al gingen niet al zijn
zaken goed.
Piet Dekker laat zien hoe vermogende families
omgingen met erfenissen, als de rijkdom overge
dragen moest worden op de volgende generatie.
Het testament van Cornelia Maria de Witte van
Eikerzee zorgde in 1804 voor veel hoofdbrekens.
Gelukkig liep alles goed af voor onze titelheld,
Laurens de Witte van Citters. Zijn fraaie portret
siert ditmaal de voorpagina.
Rinus van Langeraad schreef een mooi verhaal
over een boerderij nabij Kerkwerve waarmee het
beter afliep dan met de buitenplaats Bruinisse
van Laurens de Witte. De huisnummering veran
derde, maar de familie wist zich te handhaven
op de weelweg door zich aan te passen aan de
eisen van de tijd.
Die balans, tussen verleden en heden, tussen
traditie en toekomst, zoeken wij daar niet alle
maal naar?
De redactie wenst u veel leesplezier.
1