De vennootschap trad in de plaats van een al eerder in 1846 opgerichte onderneming. Garancine is een geconcentreerd pigment (kleurstof) uit de meekrapwortel. Met behulp van zwavelzuur werd een preparaat vervaardigd waarvan de concentratie alizarine drie tot vier maal hoger was dan in het oorspronkelijke mee krappoeder. De drie firmanten van de nieuwe vennootschap brachten ieder 91.000 gulden in, voor die tijd een enorm bedrag. De Zierikzeese garancinefabriek behoorde in die tijd tot de grootste van Nederland, maar kwam omstreeks 1872 in de problemen vanwege de uitvinding in 1868 van de synthetische alizarine. De liquidatie van de onderneming op 19 mei 1877 had voor zijn erfgenamen nog de nodige financiële gevol gen. Uit het bewaard gebleven kasboek blijkt dat de familie Keiler er ongeveer 90.000 gulden bij inschoot. Hulde Op 26 juli 1866 vierde dr. Keiler het feit dat hij vijftig jaar in Zierikzee werkzaam was. In de Zierikzeesche Nieuwsbode van 22 augustus 1866 liet hij in 19e eeuwse stijl de volgende advertentie plaatsen: "De ondergeteekende, gevoelig voor de vele blijken van achting en belangstelling, bij gelegenheid van het vijftig jarig jubilé zijner Geneeskundige practijk op 26 juli jl. ondervonden, brengt daarvoor zijne erkentelijke hulde aan allen, die van hunne deel neming aan dat feest hebben doen blijken." Ondertekend door: dr. F. Keiler, Doctor in de Genees-, Heel- en Verloskunde. Op 15 februari 1870 berichtte dr. Keiler, inmiddels 76 jaar oud, via de Zierikzeesche Nieuwsbode "aan de inge zetenen van Stad en Eilanden" dat hij "zijne drie voudige Geneeskundige Praktijk nederlegt en gaarne deze gelegenheid waarneemt, om alle diegene te bedanken, welke hem gedurende een tijdvak van nagenoeg 54 jaren hun vertrou wen hebben geschonken". Drie jaar later, op 21 april 1873, overleed dr. Frans Keiler. Zijn weduwe Leuntje Voordendag overleed vijfjaar later, in 1878. Beiden werden begraven in een familiegraf op de algemene begraafplaats in Zierikzee, dat tot op de dag van vandaag bewaard is gebleven, in dit familie graf rusten ook de stoffelijke resten van de meeste van hun nakomelingen. Het echtpaar Keiler-Voordendag had in totaal zeven kinderen, van wie de drie oudsten al binnen twee weken na hun geboorte stierven. Dochter Johanna Martina (1822-1884) bleef ongehuwd. Zij bewoon de na het overlijden van haar vader samen met haar moeder het pand Oude Haven D 380, dat eerder door haar broer bewoond werd. Na het overlijden van haar moeder in 1878 bleef zij daar wonen. Bij haar overlijden in 1884 bedroeg het batig saldo van haar boedel fl. 202.937,49, voor die tijd een fortuin. Dr. Frans Keiler (1794-1873) en Leuntje Voordendag (1796-1878) (foto's collectie Gemeentearchief Schouwen- Duiveland, Fotoverzameling inv.nrs. SP 0331 en 0332). 8

Tijdschriftenbank Zeeland

Stad en lande | 2016 | | pagina 10