'PLUIJMGEDIERTE ZAG IK SWIEREN" DIEREN GEHOUDEN OP DE BUITENPLAATSEN VAN NOORDGOUWE Sander den Haan Gedomesticeerde dieren waren in Noordgouwe in de eerste helft van de negentiende eeuw, volgens een ingevulde vragenlijst uit die tijd, honden, kat ten, duiven, eenden, kalkoenen en kippen. Van al deze dieren, uitgezonderd de kat en de kalkoen, maken diverse andere archiefstukken aanwezig heid op de Noordgouwse buitens aantoonbaar.2 Op deze voorname verblijven kon lange tijd niet zomaar ieder huisdier naar keuze worden gehou den: Zwanen, duiven en jachthonden waren van oudsher de huisdieren, die dames en heren bezit ters van de ambachtsheerlijkheid Noordgouwe Beoosten en Bewesten Steene op hun lustplaats mochten houden. Voorbeelden van gedomesticeerde dieren bij de Noordgouwse buitenbezitters thuis in Zierikzee, en op lustplaatsen van buitenbezitters elders op Schouwen-Duiveland werden dankbaar bij het onderzoek betrokken. Dit onderzoek heeft meer dan tien voorbeelden opgeleverd, van huisdieren die in de loop van vier eeuwen op de Noord gouwse buitenplaatsen hebben geleefd. Tamme watervogels3 Gekortwiekte zwanen moeten rondom het laat middeleeuwse kasteeltje, mettertijd windenburg geheten, in aangrenzend Dreischor hebben gezwommen. Deze watervogels waren het bezit van de hoge edelman, legeraanvoerder Adolf van Cleve (1425-1492), aan moederskant kleinzoon van hertog Jan zonder Vrees, graaf van Vlaanderen. Voor de zwanen lijkt, hoewel de mili taire kasteelheer dit onregelmatig in Dreischor persoonlijk zal hebben kunnen vaststellen, goed te zijn gezorgd. De rekeningen die in de jaren 1470-1500 voor Adolf en voor zijn zoon Filips wer den opgesteld, maken melding van een vaste 'bewaarder der zwanen', soms ook pluimgraaf genoemd. In de winter heeft deze ambtsdrager de vogels steeds brood, haver en gerst gevoerd. Direct verantwoordelijk is in de jaren zeventig en tachtig van de vijftiende eeuw vogelaar 'Willem die vincker' geweest. Willem heeft eind jaren tachtig de zwanen naar het Zierikzeese 'logys' van zijn heer gebracht. Dit wil waarschijnlijk zoveel zeggen als afgeleverd op het slot Ravestein aldaar in verband met het aanrichten van een feestelijke maaltijd aangeboden door heer Adolf. Om dezelf de culinaire reden zullen de Dreischorse zwanen in 1497 door veerman Cornelis Elyaensz. vanuit het haventje Maye naar Brussel zijn vervoerd." In de Noordgouwse vijvers, welen en sloten moe ten meerkoet, waterhoentje en wilde eend heb ben gezwommen, zoals die daar ook tegenwoor dig nog worden waargenomen. Aanwezigheid van tamme zwanen is, zoals opgemerkt, voor de bui- tenplaatsbezitters geen vanzelfsprekendheid geweest. Het houden van deze ontzagwekkende en sierlijke knobbelzwanen was immers een heerlijk recht. Hebben de ambachtsheren en -vrouwen van Noordgouwe dit recht wel genoten, zoals in de zeventiende eeuw bijvoorbeeld de heer van het Duivelandse Bruinisse het genot van de 'zwaandrift' heeft gekend?5 Dit valt niet uit te sluiten, zoals hierna mag blijken. Twee Engelse militairen, een sergeant en een sol daat, die in het voorjaar van 1623 twee zwanen hadden gestroopt, werden opgemerkt door Pieter Cornelisz. Mackelen die bij de Schouwsedijk in Kerkwerve op het land werkzaam was. Toen de militairen hem in gebrekkig Nederlands wilden duidelijk maken dat het om 'wilt vogel' ging, had hij hen erop gewezen dat betreffende zwanen gekortwiekt waren, en dat deze toebehoorden aan 'de mans van 't casteel'. Met de mannen zul len wijlen Heyndrick de Pottere (de Pottre) en schoonzoon John Conyers zijn bedoeld. Het voor gaande jaar was Engels ridder Conyers met Heyndricks dochter Maria de Pottere in het huwe lijk getreden. Om zwanen van de nabijgelegen donjon Huis De Werve in Kerkwerve zal het mis schien niet zijn gegaan. Dit gebouw was toen in handen van een dame, de ambachtsvrouwe van 18

Tijdschriftenbank Zeeland

Stad en lande | 2012 | | pagina 20