zoodanigen aandrang door het geopende Verste
Sas terugliep, dat soms meer dan drie voeten val
ontstond en daardoor zoodanigen stroom, dat de
schepen, die onze haven (te Dreischor, pn) wilden
aandoen, het havenkanaal niet konden invaren'.
Toch werden de kaarten gezet op het heropenen
van dat vermaledijde Verste Sas. En die zeesluis
hoefde er opeens ook niet meer te komen, want
dat zou ten koste gaan van de haven van
Dreischor. De polderdirectie beloofde maatrege
len te nemen 'dat de suatie niet achteruit ging'.
Ook nam men in overweging op de laaggelegen
landen watermolens te plaatsen. Pas in 1868 zou
er weer wat gebeuren.
Op dit schetsje ziet U bij A het 'Dichtste Sas' bij
Zierikzee, het huidige Sas bij de bushalte, en bij B het
'Verste Sas' bij Dreischor (pr polder)
Naar M.H. Wilderom, Tussen Afsluitdammen en
Deltadljken, II
in 1868 wordt de impasse doorbroken met een
rapport van een commissie, bestaande uit de
heren P. Labrijn Dz, C.L. Gast en A. de Graaff.
Labrijn was als eerste waterbouwkundige opper
commies bij de polder Schouwen, de andere twee
waren gezworenen. Zij stellen vast dat de suatie
(afwatering) vrij hopeloos is, omdat de geul in het
Dijkwater waarlangs de afwatering moest verlo
pen, hoger lag dan de vloer van de sluis die op het
Dijkwater moest lozen. Dat betekende dat bij eb
de afwatering stil lag. De commissie oordeelde
dan ook dat 'alle middelen ter verbetering der
suatie van het Dijkwater, jaarlijks terugkeerende
en onvoldoende hulpmiddelen zijn, waarvan men
zich in het belang van den polder zoo spoedig
mogelijk behoort te ontslaan'.
Een tweede onontkoombare conclusie van de
heren is 'dat eene afdoende verbetering alleen te
verkrijgen is door de tegenwoordige suatiesluis in
het Dijkwater te vervangen door een nieuwe sluis,
uitwaterende op de Grevelingen, op zoodanige
plaats, als de locale toestanden zulks vorderen of
toelaten, en dat men in het belang van den polder
zo spoedig mogelijk daartoe behoort over te
gaan', in dat laatste herkennen we de doortasten
de hand van Labrijn, die ook bij andere water
staatkundige projecten op het eiland zijn deskun
digheid liet gelden.
Op 10 november 1868 veegt de directie van de
polder in een buitengewone algemene vergade
ring met de aanbevelingen van Labrijn c.s. de
vloer aan. Zo'n nieuwe sluis is niet nodig. Als de
dijkgraaf het woord neemt, komt de aap uit de
mouw. Er heeft een ingenieur 'zich eigener bewe
ging' gemeld met een plan, een tekening en een
begroting voor een stoomgemaal.
Een van de oudste stoomgemalen van Nederland
was De Leeghwater (1846) bij het Haarlemmermeer
Bron: wikipedia
Galge pr. 1653
inlaag,
dijk
St Jeroen
Joost ofBmttm
Dr. f"5?.
sin Bettewaarde
of Sas pr.
St. Jacob pr.
Verbrande mqn.
pr. 1489
pr. 1614
Steenen dijk
1610
Gouwe veer pr.
14