Droeg de Gelagkamer in Versseputs dagen al de
geschilderde leus 'Wie weet of 't waer is', die in
de jaren veertig van de negentiende eeuw met
Herberg Schuddebeurs werd geassocieerd? Of
stamde betreffend stuk wagenschot uit Bukkers
dagen?20
'Herbergneringen'
In Herberg Schuddebeurs, wellicht in het voorma
lig zijhuis zoals eind negentiende eeuw, konden
ten tijde van herbergier Versseput kruidenierswa
ren worden gekocht. Aan onverkochte winkel
waar zag de boedelbeschrijver uit 1796 thee, te
malen koffiebonen en manufacturen. Tot de win
kelwaar behoorden tevens huishoudelijke artike
len als emmers, potten en pannen, bussen en
dozen. Tien jaar eerder had de Noordgouwse
ambachtsheer hiervoor toestemming gegeven.
Kaarsen, zeep en zout mocht Versseput ook in zijn
assortiment hebben.
De losse schoenzolen in 1805 aanwezig in het
herberggebouw, zullen duiden op een nevenacti
viteit van Bastiaan Versseput: de schoenmakerij.
Dit ambacht was niet lang voor Versseputs aan
treden als Schuddebeurs' kastelein in de herberg
reeds uitoefend.21
Bastiaan verhandelde of verzamelde uurwerken,
want meer dan vijftien uurwerken in huis was
toen ongewoon. Gesproken kan worden over een
uiterst merkwaardig fenomeen in de herbergiers
wereld. Bij zijn overlijden januari 1806 werden
tien klokken aangetroffen. Waar bijna tien jaar
eerder één zilveren zakhorloge in de herbergin-
boedel werd gevonden, moest in het sterfjaar een
zevental zakhorloges in de boedelinventaris wor
den aangegeven! Twee verklaringen lijken moge
lijk: Bastiaan handelde in uurwerken of hij was
een groot liefhebber hiervan. Of zouden de zak
horloges misschien een voorraad op de
Schuddebeurse kermis uit te loven prijzen zijn
geweest?
Waarschijnlijk heeft de aanwezigheid van twee
klokkenmakers van Zwitserse afkomst in
Zierikzee, liefhebberij voor uurwerken gecreëerd
of althans gestimuleerd. Niet zelden stond vanaf
de tweede helft van de achttiende eeuw een bij
zondere klok in het Zierikzeese binnenhuis. Zo
troffen in de jaren vijftig van de negentiende eeuw
bezoekers van een herberg aan de Korte
Nobelstraat eveneens een staande speelklok
aan.22 Een van de Zwitsers was de genoemde
klokkenmaker Henri-Frangois Perrenoud uit het
kanton Neuchatel, die omstreeks 1800 ook het
klokkenspel van de Zierikzeese stadhuistoren
bespeelde. Perrenoud kwam landelijk in het
nieuws toen een werkstuk van hem, een koperen
model van een waterstaatskunstwerk, een natio
nale tentoonstelling haalde.23 Zoon August
Perrenoud onderhield in de tweede helft van de
negentiende eeuw de gemeentelijke torenuur
werken van Zierikzee. Een lid van zijn familie in
Zwitserland vervaardigde tot ver in negentiende
eeuw kostbare uurwerken.
Bloementuin
Herbergbezoekers konden in Schuddebeurs vanaf
Versseputs periode aan de waterkant vertoeven.
De aankoop in 1800 van de tuin van Dusarts
opvolger ambachtsheer Wessel Cornells Ferleman
'met de boomen daarop staende', had het terrein
uitgebreid tot aan de Kleine Weel.24 Bukkers aan
koop in 1819 van het aangrenzende buitenplaats
je Buytensorge, in de achttiende eeuw het lustver
blijf van de bekende arts en botanisch onderlegde
dr. Job Baster uit Zierikzee, had voor nog meer
oever gezorgd.25
Bepaald niet zonder veel moeite, overigens. In de
gelagkamer van Van Oppen aan de Zierikzeese
Verrenieuwstraat hadden op 29 april van vermeld
jaar aanwezige heren flink tegen elkaar zitten
opbieden. Volgens een losse notitie achterin in
een boekhoudregister van de ambachtsheerlijk
heid Noordgouwe had Hendrik Bukker die vrijdag
ingezet op een bedrag van 1000 gulden. Daarna
had hij maar liefst negentien keer een hoger bod
moeten uitbrengen, voordat het object uiteinde
lijk voor 3400 gulden zijn eigendom was gewor
den. De latere jonkheer Karei Willem de Jonge,
eigenaar van de buitenplaats Den Haan, en een
Noordgouwse boer in goeden doen, hadden hard
nekkig belangstelling getoond. De bezitter van
Heesterlust en een Zierikzeese wijnkoper moch
ten zich na het afhaken van deze bieders tot
serieuze rivalen ontpoppen. Basters 'ongemeen
plaisierig buyteplaatsje' had een halve eeuw later
zijn glans duidelijk nog niet verloren.
Het landhuis zou Bukker gaan verhuren. Het park
van de lustplaats kon bij het herbergterrein wor-
10