Hoocheyt uijt de schuijt en wegh is geraeckt, mits het soo schielijk toeginck, dat men nauwe lijks tien soude hebben kunnen tellen. Alles 't welke hij, comparant, met solemneelen eede heeft bevestigd, soo waerlijck moest hem Godt almachtich helpen. Actum in collegio van de Magistraadt van Niervaart, den 16e Juli 1711." Ook toen dempte men de put nadat het kalf (en in dit geval de Prins van Oranje) verdronken was. Op 17 Augustus 1711 wordt wederom een proces-verbaal naar aanleiding van het ongeluk opgemaakt. Hierin wordt schande gesproken van het feit, dat de veerlieden zich niet gehouden hadden aan de ordonnantie van het veer van Moerdijk dat bepaalde, dat de veerschuiten steeds bemand dienden te zijn met twee of vier "cloecke manne" ende dat de schuyt daer gemelde Heer Prince was in geweest en mede verongeluckt maer was voorsien geweest met één knecht en twee jongens van 11 en 12 jae- ren. Waerop de veerluijden Gerrit Jansen ende Dirck Versluijs sijnde gehoort, bekenden dat de schuijt maer soo bemant was geweest, dogh dat meergemelde Heer Prince begeert (hadde), dat Dirck Versluijs bij de schuijt soude blijven daer de bagase in was gedaen, ende daermede varen na Rotterdam Het lichaam van Johan Willem Friso werd na negen dagen gevonden en op 25 februari 1712 te Leeuwarden begraven Ook één van de heren van zijn gevolg, kolonel Hilken, die in de koets gebleven was, verdronk. De heer Du Tour, Pieter Cornelisz. en de beide jongens bereikten veilig de wal. Hoe het schippersknecht Pieter Cornelis verder is vergaan, vermeldt het verhaal niet. Uit onderzoek in het doopboek van Nieuwerkerk blijkt, dat hij vrijwel zeker aldaar op 22 oktober 1690 is gedoopt als zoon van Cornelis Pietersz. Speelman en Mary Gillis, waarbij doopgetuigen waren: Tomas Joosse en Elysabeth Pieters. Waarschijnlijk is dat Johan Snep bij het schrijven van zijn dichtregels (nog) niet op de hoogte was van de precieze omstandigheden omtrent de ver drinking. Maar korte tijd later, toen verhalen over de juiste toedracht de ronde gingen doen, zal het in Nieuwerkerk gegonsd hebben van de geruchten over die "Pieter van Nelis Speelman, die erbij was toen de Prins verdronk". Nelly Boks - den Boer Noten (1) Het gedicht van Johan Snep is opgenomen in de bundel Parnassus Kunstkabinet, p. 116 e.v. (Zeeuwse Bibliotheek te Middelburg) (2) Transcripties verschenen in Ons Voorgeslacht, jrg 3, jan.1948, p. 6 e.v., zonder titel. Origineel in Resolutieboek Klundert/Oud Arch.Klundert inv.nr. 1, fol. 272vo/273ro, Regioniaal Streekarchief Westbrabant te Zevenbergen Literatuur Jansma en Schroor, Onze Vaderlandse Geschiedenis, Leeuwarden 1987, p. 230 e.v. C.A.Tamse (red.), Nassau en Oranje in de Nederlandse Geschiedenis, 1979, p. 189 J. Wagenaar, Verkorte Vaderlansche Historie, Amsterdam 1792, p. 489 e.v. 24 I

Tijdschriftenbank Zeeland

Stad en lande | 2000 | | pagina 28