Het voormalige verenigingsgebouw „Rehoboth" te Nieuwerkerk Aan Rehoboth-van-voor-de-ramp is onlosmakelijk de naam verbonden van ds. P. van der Linden, die van 1896 tot 1929 in Nieuwerkerk stond als predikant van de Hervormde Gemeente. Toen hij 6 september 1896 intrede deed als jongeman van 24 jaar, zal hij in Nieuwerkerk allerlei dingen gemist hebben. En daar heeft hij gedurende zijn lange ambts-periode geleidelijk verandering in gebracht. Het begon in 1899 met het oprichten van de Zondags-school. Verschillende jeugdverenigingen volgden, zoals Jongelings-vereniging, Knapen- vereniging, Grote- en Kleine-meisjes vereniging. Ook op niet-kerkelijk gebied was ds. Van der Linden actief. Hij kan genoemd worden als oprichter van de plaatselijke afdeling van het „Groene Kruis" en van de „Leesbibliotheek". Voor dat alles was (vergader)ruimte nodig en daaraan was destijds te Nieuwerkerk een nijpend gebrek. De kerkelijke verenigingen maakten gebruik van de consistoriekamer, en met speciale toestemming van de kerkvoogdij, hield de bibliotheek daar ook de uitleningen. Maar de consistoriekamer is slechts zes bij vier meter. Toen in de rooms-katholieke tijd de kerk gebouwd werd (plm. 1475) was het als sacristie groot genoeg en ook na de Hervorming groot genoeg als vergaderruimte voor het consistorie predikant met de ouderlingen). Maar voor normaal jeugdwerk aan de kleine kant. Ik kan me dan ook goed voorstellen, dat ds. Van der Linden steeds heeft uitgezien naar een mogelijkheid om de vergaderruimte uit te breiden. Jarenlang zonder resultaat. Tot in 1923 zich een schitterende gelegenheid voordeed: het kerkje van de Neder-duits Gereformeerde Gemeente kwam te koop. Om dit toe te lichten, ga ik een stukje kerkgeschiedenis vertellen. De gegevens heb ik ontleend aan het gedenkboek „In Uw Gemeente Goed" (150 jaar Gereformeerde Gemeenten te Nieuwerkerk). Binnen de Gerformeerde Gemeenten (ontstaan uit de Afscheiding) waren al vrij spoedig twee stromingen: de Ledeboerianen en de Bakkerianen, genoemd naar ds. L. G. C. Ledeboer, predikant te Benthuizen, die ook in Zeeland verscheidene gemeenten stichtte, en ds. D. Bakker te 's-Gravenpolder. Toen na het overlijden van ds. Bakker de leiding berustte bij ds. W. Ruben te Terneuzen, sprak men (althans in Nieuwerkerk) van Rubenieten. De Ger. Gemeente te Nieuwerkerk was van oorsprong Ledeboeriaans, maar in de tachtiger jaren van de vorige eeuw ontstond er onenigheid, wat in 1889 leidde tot het stichten van de Neder-duits Gereformeerde Gemeente (Bakkeriaans). Deze gemeente kerkte eerst in de zogenaamde „Glazen kamer" aan de Molendijk, daarna in een pand aan de Weststraat en in 1913 lieten ze een kerkje bouwen. Ze kochten daarvoor een stukje grond van M. C. Boogert, groot 172 vierkante meter, gelegen aan de Achterweg, in de volksmond het Jodenslop genoemd, later officiéél Rehobothstraat. (Wie architect en aannemer(s) waren wordt in genoemd gedenkboek niet vermeld). In 1923 vond een hereniging plaats van Ledeboerianen en Bakkerianen. Het kerkje aan de Achterweg was toen overcompleet. Het werd door ds. Van der Linden gekocht uit eigen middelen voor twaalfhonderd gulden. Dat lijkt belachelijk goedkoop, maar we moeten bedenken, dat het geld toen meer dan tien keer zoveel waard was als nu. Ds. Van der Linden ging het gebruiken als vereniginsgebouw en gaf het de naam „Rehoboth", dat is het hebreeuwse woord voor „ruimte" (zie bijvoorbeeld Genesis 26 vers 22). De catechisaties bleven in de consistoriekamer, de andere activiteiten 192

Tijdschriftenbank Zeeland

Stad en lande | 1990 | | pagina 30