vernietiging van het gedeelte op het
noordoostelijke bastion, bekend onder de
naam de Kruitberg, genoemd naar een
verdwenen Kruithuis welks fundamenten
door de moderne graafmachines zijn
gevonden en vernield. Dit bastion
vertoonde over een lengte van 30 m een bij
mijn weten in Nederland unieke situatie
met drie niveaus: het hoogste op 4 Vz m
boven het maaiveld was de parapet
vanwaar de schutters de haveningang
overzagen en beheersten; het tweede niveau
de weergang van de verdedigers, het derde
diende vóór de aanvoer van munitie uit het
vlakbij gelegen kruithuis en voor
ravitaillering. Dit laagste pad was veilig bij
belegering, het tweede niet! Men zie
bijgaande tekening van de oorspronkelijke
situatie die ik na consult en naar schatting
heb gereconstrueerd.
De gemeente bezit geen documentatie
omtrent de hoogten der stadsomwalling,
noch bestaat er een inventarisatie van flora
en avifauna: de voorheen gesignaleerde
ransuil en ijsvogel zijn verdwenen evenals
de opeenvolgende voorjaarsbloei van
aconiet, sneeuwklokje, crocus, narcis en
fluitekruid, ja het gehele door de gemeente
Voorburg na de ramp vernieuwde
Slingerbos is verdwenen. Hoewel de vesting
als geheel sinds 1973 bescherming geniet
krachtens de Monumentenwet, is de
Rijksdienst voor Monumentenzorg niet bij
de zg. reconstructie betrokken: de Dienst
berichtte mij dat „de gemeentelijke
plannen dezerzijds niet bekend" waren.
De gemeentelijke ingreep is te bestempelen
als een eigenmachtige afbraak van een
historisch en waarschijnlijk uniek
MONUMENT. Daarvoor in de plaats
gekomen is een wandelpad op een sterk
verlaagd en verbreed niveau met een
imitatieborstwering aansluitend op de
oostelijke havendam voor de lieve som van
800.000.
Het bastion van Prins Maurits bestaat
thans nog slechts in gedevalueerde vorm als
plantsoen.
C. van der Graaf, Brouwershaven
NASCHRIFT van de redactie
Uit informatie van de gemeente is gebleken
dat inderdaad de Rijksdienst voor de
Monumentenzorg tevoren niet bij de plannen
werd betrokken. Hoofddoel was de wallen als
zodanig beter herkenbaar te maken, waarbij
overleg met Staatsbosbeheer is gepleegd. De
wallen waren door de na de ramp van 1953
aangebrachte beplantingen aan het oog
onttrokken geraakt. Subsidie-mogelijkheden
noopten tot snelle besluitvorming. Dat nam
niet weg dat een en ander in de commissie
openbare werken in het openbaar is
behandeld. Het blijkt hoe belangrijk het is
dat ieder lid van Stad en Lande altijd alert is
op wat er in zijn gemeente gaande is!
Het bedrag van 800.000,- slaat op het totale
plan 767.000,-), waarvan in 1989 ongeveer
de helft is uitgevoerd, met o.a. de betreffende
verlaging van de wallen. Zie ook de tekening
van Brouwershaven. Dat de fundamenten van
een verdwenen kruithuis zijn gevonden is
volgens de ass. prov. archeoloog de heer Oele
slechts in zoverre juist dat het om restanten
daarvan ging. Op de Lijst van onroerende
monumenten (art. 8 Monumentenwet van
1961) staat de „vroegere omwalling" vermeld
als: „de nog aanwezige aardwerken die
dateren van de in 1590 aangelegde en als
zodanig in 1820 opgeheven omwalling.
Object van belang wegens oudheidkundige
waarde". In de omschrijving ingevolge de
nieuwe Monumentenwet (1988) is ook
opgenomen wat zich in, op en aan de wallen
bevindt (bijv. ook een stuk Muraltmuur). Het
blijft een omissie van het gemeentebestuur
zich geen rekenschap van de bepalingen van
de Monumentenwet te hebben gegegeven.
Erg jammer!
De heer Van der Graaf tekent bij dit
Naschrift nog aan dat hij er tijdig bij de
gemeente op geattendeerd heeft dat de wallen
onder Monumentenzorg vielen en dat hij B.
en W. bericht heeft er op te staan dat de
Kruitberg intact zou blijven. Hij is dus zeker
alert geweest. Ook heeft hij Monumenten
zorg gewaarschuwd. Deze dienst reageerde
pas na maanden en na herhaalde telefoontjes.
184