- 331 - 10. Bij de presentatie van het eerste boekje over oude veldnamen deelt de heer M. K. Buth namens de werkgroep mee slechts een gedeelte aan te kunnen bieden. De map met de kaarten is pas half mei klaar. Hij vertelt ongeveer vijf jaar geleden door de heren Uil en De Vrieze er op attent te zijn gemaakt dat veldnamen- onderzoek interessant zou zijn. Voordat hij het wist zat de werk groep bijeen, als een soort bondgenootschap. Het plan was zo snel mogelijk het hele eiland te onderzoeken op veldnamen, die tot aan de herverkaveling (1954) in gebruik waren. Ze werden zelden genoteerd en waren slechts in het geheugen van hen, die vroeger op het land gewerkt hadden, bewaard. Het bleek vijf voor twaalf te zijn. Verschillende informanten zijn inmiddels overleden, voor sommige gebieden was het te laat. Ook liet het geheugen enkele oude personen soms in de steek. Toch zul len per boekje 600-1000 namen besproken worden. Het veldwerk is praktisch afgerond. De bedoeling is vier boekjes te publiceren. Deze moeten interessant en geen droge opsomming van namen zijn. De heer P. J. van Langeraad heeft het meest aan het veldnamenon- derzoek voor dit eerste boekje gedaan. Hem komt dus de eer voor dit boekje toe. De heer Buth biedt dit vervolgens de voorzitter aan. Deze bedankt hem hiervoor en zegt grote waardering te hebben voor het vele en intensieve werk dat de commissie gedaan heeft en nog heeft te doen. Ook deze uitgave van het eerste van de vier uit te geven veldna- menboekjes brengt onze vereniging weer in de publiciteit en mede daardoor komt men te weten wat ons streven is, o.a. de bestude ring van gewoonten en gebruiken van de mensen die hier woon den. Bij de aanbieding van dit eerste veldnamenboekje wil hij namens allen de commissieleden zeer hartelijk bedanken voor de inzet en de getoonde ijver, welke dank hij graag onderstreept zag door applaus. Terecht werd hier spontaan gehoor aan gegeven. 11. Bij de rondvraag vraagt dhr. J. de Wilde naar een verzamelband voor de Mededelingenbladen, zoals van de stichting Oude Zeeuwse kerken. De voorzitter vindt niet dat we daaraan moeten beginnen, gezien ook de te verwachten kosten.

Tijdschriftenbank Zeeland

Stad en lande | 1987 | | pagina 7