Inhoud
Woord vooraf
Woord vooraf1
Bevelandse weesjongens voor Napoleon J. de Ruiter2
'Wes vrouwe schelt, sal den steen dragen' (Deel I) Arco Willeboordse 18
Oud schrift voor gevorderden 28
Bevelands best bewaarde geheim Cees van den Bovenkamp 29
Een geheim om door te vertellen Willy van Meegen 32
Opening 't zijn weer lappenen ze komen uit Kontich, België Kim Sluijter34
Hoe een schippersknecht het leven van twee kermisbezoeksters
volledig kan veranderen W.P. den Toom36
Een fraudezaak nogmaals belicht (Van de Ven) Janjaap Luijt37
Reacties van lezers41
Boekindrukken: Marinus Nathaniel de Broekert O.W. Hoogerhuis 42
Bromsnor in Zeeland Allie Barth45
Kadastrale atlas van Zeeland 1832 Hugo de Potter48
Bij de verzending van Spuije 80 deze zomer, hebben door een technisch probleem
niet alle leden een exemplaar ontvangen. In een aantal gevallen hebben we dat
kunnen herstellen, maar mogelijk zijn er nog steeds leden die nummer 80 niet
hebben. Als dat zo is dan kunt u dat melden op een van de aan de binnenzijde van
het voorblad vermelde adressen, dan sturen we u er een toe.
Voor het eerste artikel in deze Spuije gaan we terug naar de Napoleontische tijd. Het
Franse leger had voortdurend gebrek aan manschappen voor de vele oorlogen die gevoerd
werden. Soldaten uit Frankrijk, maar ook uit de vazalstaten, zoals Holland. Er werden mili
taire scholen opgericht die weesjongens recruteerden die daar vanuit het hele land naartoe
werden gestuurd. Na de inlijving bij Frankrijk vormden zij een apart regiment dat zijn
opleiding kreeg in Versailles. Ook uit Zeeland en van de Bevelanden werden enkele tiental
len jongens naar Frankrijk gestuurd. J. de Ruiter vertelt wie ze waren, waar ze vandaan
kwamen en wat er in Frankrijk van hen terecht kwam.
Voor het tweede lange artikel gaan we naar het Reimerswaal van de vijftiende eeuw. We
lezen over misdaad en straf. Over schelden, smaad en schandstraffen zoals het 'steendra-
gen'. Dat alles in een sterk hiërarchische maatschappij, waar grote verschillen waren tussen
mannen en vrouwen. Een onderscheid dat ook te zien is in de aard van de misdrijven waar
vrouwen voor werden vervolgd en de straffen die ze kregen.
Veel aandacht deze keer voor het Historisch Museum De Bevelanden. Niet zonder reden,
want het is dit jaar 150 jaar geleden dat het werd opgericht. Aanleiding genoeg voor een
tentoonstelling met minder bekende schatten uit het rijke depot van het museum. Het is
jammer dat in dit feestelijke jaar het museum vaker in het nieuws komt door de financiële
bedreigingen, dan door een terugblik op het rijke verleden. Een succesvol jaar ook, zoals
blijkt uit de vele duizenden bezoekers uit binnen- en buitenland die de recente tentoonstel
ling van merklappen trok.
In Spuije 78 schreef W.P. den Toom over de Goese zilversmid G.G. van de Ven. Dit was
aanleiding voor Janjaap Luijt om ons een uitgebreider artikel te sturen over de Goese zil
versmeden in het algemeen en Van de Ven in het bijzonder. Een boeiende bijdrage over een
onderwerp waaraan we tot nu toe nauwelijks aandacht konden besteden.
We hopen dat u dit laatste nummer van 2010 met plezier zult lezen.
De redactie
1