Fraaie geschiedenissen
aafke Verdonk-Rodenhuis
Het nummer van den Spiegel dat voor u ligt
kunnen we met recht een maritiem-histo-
risch nummer noemen.
De verhalen die via overlevering verteld
worden over de Vlissinger Michiel de Ruyter
spreken zeker tot onze verbeelding. Zijn de
verhalen waar of niet? Was Michiel een sla
venhaler of niet? Hier in Vlissingen staat hij
in ieder geval al 160 jaar op zijn voetstuk.
Grappig is dat tijdens het drukklaar maken
van deze Spiegel de kameropera Kabaal
werd opgevoerd, een opera, uitgevoerd
door twee zangers en een slagwerker over
Michiel de Ruyter en Cornelis Tromp. Deze
voorstelling vond plaats in de kazematten,
onder het standbeeld van Michiel. Het
standbeeld dat we volgens Doeke Roos,
schrijver van het stuk Michiel de Ruyter
160 jaar op zijn sokkel wel met wat meer
egards mogen behandelen.
Het artikel van Johan Francke over de
Franse commissievaart laat duidelijk zien
hoe Vlissingen door de ligging in de mon
ding van de Schelde vaak doel was van
dreiging vanuit zee. Met kustbewaking,
konvooiering, blokkades probeerde de ma
rine de eigen kust tegen de Franse com-
missievaarders, met name de Duinkerker
kapers te beschermen en te zorgen dat
schepen veilig Vlissingen konden bereiken.
Het artikel Het 'desseyn' uan 1696 en de
maatregelen tegen de Franse commissie-
uaart in de Scheldemond geeft een helder
historisch beeld.
Wim Hofman heeft het in zijn verhaal over
het eiland Mauritius en zijn betrokkenheid
bij de viering van het 400-jarig jubileum,
over dodo's, eetbare schildpadden en aller
lei problemen, die de eerste zeelui hadden
die voet aan wal zetten op Mauritius.
Het verhaal Over dodo's, schepen die ver
gaan en een uniek boekje bracht mij het be
roemde boek Journael ofte gedenckwaer-
dighe beschrijving van de O.l. Reise van
schipper Willem Ysbrandtsz. Bontekoe. De
schrijver was schipper van het VOC.schip
Nieuw Hoorn, dat op een reis naar Oost-
Indie in brand raakte en in de lucht vloog.
Dit journaal werd gedrukt in 1646 en is ve
le malen herdrukt en in het Frans en Duits
vertaald. Het is een avontuurlijk reisver
haal, een verslag van alles wat aan boord
gebeurde, problemen, ziekte naast maritie
me zaken. Ook wordt verteld over wat de
zeelieden aantroffen aan onbekende kusten:
vreemde dieren, bomen, inboorlingen.
Leuk om te vertellen is dat de schrijver
Thomas Roosenboom, schrijver van be
kroonde boeken Gewassen vlees en
Publieke werken het journaal pas heeft ver/
hertaald.
Eerder gebruikte Johan Fabricius het jour-
naai voor het jeugdboek De scheepsjongens
van Bontekoe. Samen met bijvoorbeeld een
boek als Paddeltje, de scheepsjongen van
Michiel de Ruyter van Joh. Been ongetwij
feld verhalen die de meesten van ons heb
ben verslonden.
Bij het lezen van deze Spiegel wens ik u
evenveel leesplezier toe.
Tot slot een klein fragment uit het Journael
van Bontekoe.
Het handelt over een ontmoeting met in
landers en er wordt een buffel gekocht, die
aan boord gebracht moet worden. Op de
kust staat een groepje inlanders te wach
ten:
'Sy saghender soo vreesselijck uyt als bul-
lemannen, doch lieten haer ghesegghen, en
twee ginghen met my inde prauw. De eene
gingh achter sitten en de ander voor, elck
met een scheppertjen (pagaai) in de handt,
en staecken af. Sy hadden elck een kris op
haer zijd'steecken, zijn een geweer oft een
ponjaert was, met vlammen'.
Bontekoe weet zich uiteindelijk uit een toch
wel angstige situatie te redden, door luid
keels te gaan zingen, iets waarmee hij de
inlanders kennelijk schrik aan joeg.
Oktober 2001
3