Adoptiewoord ruuzig
ZEEUWSE
DIALECTEN
WOORDENBOEK
DER
Veronique De Tier, Erfgoed Zeeland
Op de dialectendag in oktober kochten enkele mensen
een oorkonde met hun Zeeuwse adoptiewoord erop.
In deze rubriek vertellen we u welke woorden al ge
adopteerd werden en geven we daar wat uitleg bij. Ook
interesse in uw adoptiewoord, een woord waarvan u
denkt dat het niet mag verdwijnen? Laat het weten aan
de Zeeuwse Dialect Vereniging. Als u 5,- betaalt, wordt
u de trotse eigenaar van de oorkonde met het woord
erop. De enige plicht die eraan verbonden is, is dat u het
woord zo vaak als mogelijk gebruikt om het eventueel
nieuw leven in te blazen.
In deze tweede bijdrage bespreken we het woord ruuzig,
een woord dat afgelopen februari misschien wel vaak
gebruikt werd door onze ambassadeur. Het Woordenboek
der Zeeuwse Dialecten neemt ruuzig niet op, maar het
staat wel in het Supplement. Het wordt gebruikt om slecht
of onstuimig weer te benoemen. Volgens het Woorden
boek wordt het enkel in Koewacht gebruikt, maar het
wordt zeker ook elders gebruikt en niet alleen in Zeeland.
Het woord en deze specifieke betekenis treffen we ook in
Drenthe en Gelderland aan.
In Zeeland hoor je naast ruuzig vaak ruzebuzig. Dat laatste
wordt in allerlei contexten gebruikt om aan te tonen dat
DRUKKERIJ EN BOEKHANDEL VAN VELZEN B.V.
KRABBENDUKE
iets ruw of rumoerig is. Niet alleen het weer kan ruzebuzig
zijn (onstuimig, ruw, wild), maar ook kinderen (rumoerig,
druk) zijn het wel eens. Naast ruzebuzig zijn ook ruizemui-
zig en roezeboezig bekend in Zeeland.
Ruzebuzig wordt gebruikt op Walcheren, Zuid- en Noord-
Beveland, Tholen, Philipsland en op Duiveland. De vorm
met oe (roezeboezig) is opgetekend in Sint-Annaland,
Dreischor, Burgh en Haamstede. Het land van Hulst ken
de -uu- niet en zegt ruizemuizig.
In het Middelnederlands bestond ruysmuysen 'lawaai
maken, dat teruggaat op roezen 'lawaai maken, razen,
tieren. Een b en een m (en ook een w) kunnen gemak
kelijk wisselen (denk aan het bekende Zeeuwse bel, bel in
plaats van wel, welen zo kon dus ruzebuzen en ruzebuzig
ontstaan, een samenstelling van ruuschen 'lawaai ma
ken, bruisen, ruisen en buuschen 'kloppen. Ruzebuzig,
ruizemuizig of roezeboezig zijn rijmsamenstellingen. De
verschillende Zeeuwse vormen zijn gemakkelijk te verkla
ren. De oorspronkelijke oe-vorm halen we uit het oudere
roezen, de uu-en wz-vormen hebben we overgehouden uit
ruysmuysen. Door de wisseling van de m en de b ontstond
ruzebuzig naast ruzemuzig. Het Nederlandse ruzie en het
ruisen van het riet hebben dezelfde herkomst.
In de Zeeuwse dialecten bestaan nog andere woorden
om 'onstuimig te benoemen. Wat het weer betreft hoor
je ruug en roeë, ievallig, robuustig of schoefen heel zelden
kuun. Ook boog en schurdig zijn opgetekend in deze bete
kenis in het Zeeuwse woordenboek.
Ruig (meestal uitgesproken als ruug) gaat terug op een
oud woord en is in verwante vormen ook bekend in
andere talen, zoals het Engelse rough. Het Zeeuwse roeë
is te verklaren uit een verbogen vorm van ruug, nl. ruuge
waar de -g- uit wegviel. In de standaardtaal werd dat hiaat
opgevuld door de w, waardoor ruw kon ontstaan.
Schoef is een variant van schuw. De oe-klank is net zoals in
roezeboezig en roeg, roeë niet klankwettig. De vervanging
van de w in een zien we ook in het West-Vlaamse gelf dat
van geluw 'geel' komt en in het Zeeuwse schelf'schelf' dat
van scheluw komt.
Robuustig is afgeleid van robuust 'krachtig'. De herkomst
van dit woord vinden we in Latijnse robustus dat 'van
eikenhout, stevig, krachtig' betekent. Bij guur en onstui
mig weer denken we dan in de eerste plaats aan krachtige
wind.
Kuin (in het Zeeuws kuun) werd in de betekenis van
onstuimige zee opgetekend door Steketee (die een
woordenboekje schreef over Zuid-Beveland). Het woord
is niet zo Ipekend, want het werd niet meer opgegeven
door Zeeuwse informanten en het is in het WZD niet
te vinden. Bredero gebruikte het wel in zijn Boeren
SUPPLEMENT