Nehalennia winter 2017 nr. 198
Volkskunde
Bie Ons
Hoe kwamen wij vroeger de lange
winteravonden door?
h. J. SPRU7T S urra HU. - Amsterdam
Ik had die witte fiets al dikwijls zien staan bij de ingang
van Hoek. Vooral de tekst: Bie Ons, trok mijn aandacht.
De fiets leidde ons naar petit restaurant, een frituur. Bui
ten troffen een bezorgersvoertuig aan, waarop ook die
tekst stond. Toen we een foto maakten van het voertuig
en de reclamefiets, stapte de uitbater belangstellend naar
buiten. Hij deed de achterklep open en daar zagen we een
uitgebreide bar. Van dit inventieve geheel maakten we
graag twee foto's.tikje
Bie Ons op Den 'Oek.
Klep omhoog.
Rond dezelfde tafel als waaraan ik dit nu zit te schrijven
zaten wij zon 65 jaar geleden in de wintertijd met het
hele gezin iets te doen: vader las de krant, De Rotterdam
mer of het tijdschrift De Spiegel, moeder en mijn twee
oudere zusters zaten te handwerken en ik zat te lezen in
mijn boek, met mijn vingers in mijn oren Zo verliep zo'n
avond als gebruikelijk, tot het bedtijd was.
Er was nog geen televisie, we hadden wel een radio, op
een tafeltje langs de wand. We luisterden naar de Bonte
Dinsdagavondtrein of de familie Doorsnee. De dames
handwerkten dan gewoon door, want dat was een nuttige
bezigheid. Het vak dat de meisjes op woensdagmiddag
op school kregen heette dan ook 'Nuttige handwerken
De jongens moesten dan vijf grote cijfersommen, die de
meester op het bord geschreven had tot een oplossing zien
te brengen. Ze moesten allemaal op 0 uitkomen. Als dat
gelukt was mocht je gaan tekenen of lezen. Daar kwam
ik bijna nooit aan toe, want bij mij kwamen ze nooit
uit. Dat kwam omdat ik die kleine cijfertjes vanuit de
verte niet goed kon lezen, totdat de schoolarts tot de
ontdekking kwam dat ik een bril nodig had. Dan ging
ik lezen.
Lezen was mijn lust en mijn leven. Wat voor avonturen
kon je zodoende niet allemaal beleven. Dus las ik bijna
altijd tijdens de lange winteravonden. We hadden niet
veel boeken thuis. Mijn jongste zuster had tijdens de
oorlogsjaren van haar zakgeld wel wat boeken aangeschaft.
Snoep was toen niet meer te koop, dus kocht zij in de
kantoorboekhandel van Kees de Mooij in Ouddorp
boeken. Een daarvan was het boek 'Kinderen', geschreven
door een mijnheer Berkhout. Het was het eerste boek
dat ik ooit zelfstandig las. Het begin ervan kan ik nog uit
mijn hoofd citeren. Later heb ik het in een antiquariaat
aangeschaft. Het begin ervan kunt u hierbij in een
afbeelding lezen. Het was een heel gezellig boek over een
gezin uit de twintiger jaren van de vorige eeuw: vader,
moeder, Teun, Zus en Brammetje. Ze wonen op het
platteland, maar verhuizen naar de stad. Ze maken van
alles mee. Aan het einde van het verhaal wordt er nog een
zusje geboren, een groot wonder natuurlijk. Ik vond het
1. TEUN IN TIPPENHOT.
R: ,fta. Ita, Bam lust letter eten!"
li Ben dikke jongen komt den tuin uit schommelen.
H Hard loopen kan hij niet.
li Daar is hij te dik voor; zijn wangen zijn dik,
|||B§n armen zijn dik, zijn beenen zijn dik. Hij is
-kdemaal dik. Zijn neusje komt als een dik knob-
Spicfcje tusschen zijn wangetjes uitkijken.
Hl Hoe hij zoo dik komt?
Omdat hij, al is hij klein, eet als een reus.