WOORDENBOEK DER ZEEUWSE DIALECTEN i^zdv Verenigingsnieuws Nehalennia voorjaar 2017 nr. 195 EEN SPREKEND WOORDENBOEK Het ontstaan van Woordenboek der Zeeuwse Dialecten VAN GOOR ZONEN DEN HAAG Nieuw en bijzonder De regioboeken 23 In 1929 werd De Zeeuwsche Vereeniging voor Dialecton derzoek opgericht. Deze had tot doel de Zeeuwe dialecten niet alleen de onderzoeken, maar uiteindelijk te komen tot de uitgave van een woordenboek. Al spoedig na de oprich ting werd de Neerlandica dr. Rika Ghijsen (1884 - 1976) uit Domburg secretaresse van de vereniging. Zij ging zich bezighouden met het verzamelen van taalmateriaal uit het hele Zeeuwse dialectgebied. Ook Goeree-Overflakkee werd al vanaf het begin daartoe gerekend. Mevrouw Ghij sen bouwde een netwerk op van informanten die de door haar opgestelde vragenlijsten beantwoordden. Er werden regelmatig bijeenkomsten gehouden in alle regio's, een tiental, want hèt Zeeuws bestond niet: er was een eenheid in verscheidenheid. Mevrouw Ghijsen noteerde de gege vens op kaarten en vermeldde bij elk woord, elke uitdruk king of spreekwoord de plaats waar deze voorkwamen. De trefwoorden werden genoteerd in het dialect van Walche ren. Als een woord op Walcheren niet voorkwam werd het gespeld in het dialect van de plaats waar het wel bekend was. Na meer dan dertig jaar veldwerk verscheen in 1964 het omvangrijke Woordenboek der Zeeuwse dialecten. En Een exemplaar van een van de eerste drukken Zêêuwse Dialect Verênigieng dat allemaal in een tijd waarin de computer nog niet zijn intrede had gedaan. Alle gegevens werden met de hand uitgetypt. Het Woordenboek had een heel bijzonder karakter. Het wordt beschouwd als de start van de wetenschappelijke dialectlexicografie. Vóór 1964 waren er weliswaar belang rijke dialectwoordenboeken verschenen, maar mevrouw Ghijsen was de eerste die met grote nauwgezetheid alle woorden exact lokaliseerde; immers achter elk woord of elke zin stond afgekort de vindplaats. Na het verschijnen van dit woordenboek is dit in de dialectlexicologie een wetenschappelijke eis gebleven. Omdat de betekenis van een woord pas in het zinsver band ten volle tot leven komt, vond mevrouw Ghijsen het heel belangrijk veel idiomatische voorbeelden en idioma tisch uitdrukkingen, zoals die in volksmond leefden, aan de trefwoorden toe te voegen. Ook daarbij werd nauw keurig de vindplaats vermeld. Zo werd de betekenis van de trefwoorden van een bepaalde plaats in hun context zichtbaar. Naast dit alles werd er ook aandacht geschonken aan de folklore en de volksgebruiken. Nieuw was ook dat er in het woordenboek een groot aan tal verduidelijkende illustraties opgenomen waren. Een bijzonder woordenboek dus. Na voltooiing van het woordenboek bleek al snel dat er nog veel meer woorden, uitdrukkingen, spreekwoorden en gezegdes in het Zeeuwse taalgebied voorkwamen. Daarnaast waren andere bronnen niet bij het onderzoek betrokken. Ook waren de onderwerpen zee, strand en vis serij onderbelicht gebleven. Daarom werd besloten het on derzoek gewoon voort te zetten. Vragenlijsten werden met het verenigingsblad Nehalennia meegezonden. Trouwe medewerkers, en ook nieuwe, vulden die in. De resultaten werden uitgewerkt door dr. Nienke Bakker en in Neha lennia gepubliceerd. Na de dood van mevrouw Ghijsen in 1976 coördineerde mevrouw E. J. van den Broecke- de Man tot op hoge leeftijd de opvragingen. Vervolgens werd uit de Vereniging een Wetenschappelijk Commissie sa mengesteld, die het werk voortzette. Op het eind van de jaren zeventig van de vorige eeuw was al zoveel materiaal verzameld, dat mevrouw Van den Broecke-de Man, het initiatief nam om voor elke regio binnen het Zeeuwse taalgebied een regioboek samen te stellen. Zij zocht voor dat doel een of meerdere mede auteurs uit het betreffende gebied, die op hun beurt weer

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 2017 | | pagina 25