Familie Allaart
In opdracht van Jan Fak Brouwer volgde de definitieve
sloop van het jachtslot. De bijbehorende boerderij werd
vervangen door een nieuw exemplaar. Een voorname boe
renwoning kreeg toen gestalte op een deel van de funda
menten van het jachtslot en daarbij werd ook de zeer oude
kelder met zijn opvallend dikke muren betrokken. De nog
altijd bestaande kelder moet dus een overblijfsel zijn van
het jachtslot en misschien zelfs van het stamslot.
Ook andere onroerende goederen die Fak Brouwer als
investering had gekocht, ondergingen een vergelijkbare
transformatie als Ter Linde. Enkele voorbeelden daarvan
zijn de buitenplaatsen Vlugtenburg bij Oost-Souburg en
Rustenburg in Kleverskerke20.
Jan Fak Brouwer was getrouwd met Anna Tak en overleed
in 1839. Jans zes kinderen waren zijn erfgenamen. Onder
toeziend oog van notaris Abraham van den Broecke ging
boerderij Ter Linde naar zoon Marinus. Deze was eerst
getrouwd met Petronella Tak en na haar overlijden met
Maria Tak. Het is duidelijk dat er binnen de twee families
Fak Brouwer en Tak diverse relaties werden aangegaan.
Na Marinus' dood in 1873 waren zijn weduwe Maria en
hun vier kinderen zijn erfgenamen. Maria en haar zoon
Jan Franqois - hij erfde de ondernemersgeest van zijn
grootvader en was steenfabrikant in Middelburg - werden
volgens een akte van notaris Verhulst de eigenaren van Ter
Linde. Maria Tak overleed in 1882.
In 1883 verscheen bij dezelfde notaris Verhulst de Middel
burgse koopman Willem Abraham de Rijcke. In opdracht
van Cornells Huibregtse kocht hij boerderij Ter Linde.
Cornells was op dat moment landman, maar zou zich later
als wethouder inzetten voor de belangen van zijn dorp Rit-
them. Huibregtse bezat nog een andere boerderij in Wel-
zinge, namelijk het tegenover Ter Linde gelegen Veldzicht.
Cornelis begon als eenvoudige Grijpskerkse landbouwers
knecht en trouwde in 1862 met de vermogende Jacomina
Coppoolse met wie hij één zoon kreeg. Huibregtse kon als
gevolg van zijn huwelijk veel aankopen doen. Feitelijk was
Jacomina eigenaresse van de onroerende goederen, want
het paar was immers in 1862 op huwelijkse voorwaarden
getrouwd.
Klaas Allaart.
(foto: P. Allaart)
Woonhuis van Ter Linde, (foto: P. Allaart)
Voor Jacomina was dit haar tweede huwelijk. Zij was wedu
we van Houterman Allaart en had met hem vier kinderen
gekregen. Voor het eerst duikt nu de naam Allaart op. De
familie Allaart zou niet gespaard worden van een reeks tra
gische overlijdens. Drie kinderen van Jacomina Coppoolse,
die zij met Houterman Allaart had gekregen, waren bij haar
dood in 1891 al overleden. En daar zou het niet bij blijven.
Nadat zijn moeder Jacomina Coppoolse in 1891 was over
leden, kwam zoon Klaas Allaart (1850-1933) in beeld.
Als we de levensloop van Klaas volgen, kunnen we niet
anders dan concluderen dat hij een groot aantal teleur
stelling heeft moeten incasseren. Toen hij nog maar 10
jaar was overleed zijn vader. Later verloor hij zijn broer
en twee zussen, die op jonge leeftijd uit het leven werden
genomen. Zijn huwelijk met Adriana Huijsman kende ook
tegenslagen. Hun eerste kind overleed kort na de geboorte
en tijdens de bevalling van hun tweede kind stierven zo
wel moeder als kind.
Klaas' tweede huwelijk met Maatje Louws (1866-1954)
bracht twee zonen voort, Houterman Klaas (1905) en Pie-
ter Cornelis (1906). Klaas Allaart bleek een markante en
invloedrijk man. Hij nam zitting in het gemeentebestuur
van zijn dorp en in de jaren 1904-1923 werd hij zelfs bur
gemeester van Ritthem.
Volgens B.J. de Meij, in zijn boek over Ritthem, verkocht
burgemeester Allaart in 1912 het entreehek van Ter Linde,
inclusief de bijbehorende arduinstenen palen. Het uit circa
1722 daterende hek ging naar een moderne Belgische bui
tenplaats21.
Klaas Allaart overleed in 1933. Zijn twee zonen waren
zijn erfgenamen. Eén van hen, Pieter Cornelis, overleed
in 1946 op tragische wijze. Tijdens de inundatie van
Walcheren ging hij kijken hoe 'het water' er bij stond. De
onfortuinlijke Pieter Cornelis viel van een vrachtwagen en
overleed enkele dagen later aan zijn verwondingen. Hij liet
zijn vrouw, Elizabeth de Visser (1907), zijn zoon Klaas en
een nog ongeboren kind achter. De laatstgenoemde zou
zijn naam gaan dragen, Pieter Cornelis jr.
Na de Tweede Wereldoorlog kregen Houterman Klaas
en schoonzus Elizabeth Allaart-de Visser de leiding over
boerderij Ter Linde. De weduwe van Pieter Cornelis sr. en
Houterman Klaas zouden veel later met elkaar trouwen.