kon veel en lang geschaatst worden. Vader probeerde heel
vroeg klaar te zijn met het bezorgen. Als hij dan weer thuis
was ging hij tompoezen bakken, met lekkere roompud-
ding tussen de korsten. Hij maakte die van verse volle
melk, die hij bij een boer kocht, 's Middags verkocht hij de
tompoezen aan de schaatsers op de ijsbaan. Het ging zo
goed, hij verkocht er zoveel dat hij van de opbrengst van
één winter dat T-Fordje kon aflossen.
Ja, die tompoezen van jullie waren heel beroemd. Ik weet
nog, dat als wij van school uit Middelharnis met de bus op
het station aankwamen, we vaak voor we naar huis gingen
eerst nog even een tompoes bij jullie kochten.
Ja, de bakkerij lag op een heel goede plek, op de hoek van
de Stationsweg en de Broekweg. Dat had bakker Vink in
1909 heel goed gezien om daar een bakkerij te laten bou
wen. Je moet weten dat toen de tram van de Rotterdamse
Tramweg Maatschappij op het eiland ging rijden. De eer
ste rit was op de geboortedag van prinses Juliana, 30 april
1909. Alle reizigers, of ze nu vertrokken of aankwamen,
kwamen langs de winkel. En reizigers zijn altijd hongerig.
Aan de overkant lag café De Koophandel, van de familie
Komtebedde. Leuk eigenlijk: De Koophandel van familie
Komtebedde aan de Broekweg.
Maar nu over het bijzondere gele paasbrood met saffraan.
Dat is zeker in Ouddorp al een heel lange traditie met Pasen?
Ja, heel vroeger kneedden de mensen thuis dat deeg, met
krenten en rozijnen erin. Bij drogisterij Kurvink kochten
ze dan wat draadjes saffraan. De blikken met het deeg
brachten ze dan met de kruiwagen bij de bakker, die het
dan voor hen bakte. Al gauw kwam bakker Vink tot de
conclusie dat hij dat hele proces beter zelf kon doen. Hij
liet bij de smid bakblikken maken van dik plaatijzer dat
met klinknagels in vorm gebracht werd. Er waren diverse
formaten: 8, 12,16, 20, 24 en zelfs van 28 ons. Wij hebben
die blikken nog en tegen elke Pasen worden ze weer van
de zolder gehaald. Ze zijn nu zo'n honderd jaar oud. Mijn
ervaring is dat het brood in deze blikken beter gaart dan
in de nieuwe, die we ook gebruiken en die dunner zijn.
Vroeger deden vrouwen ook een draadje saffraan in het
waswater als de keuvels (hoofdkappen) en de vitrages
gewassen moesten worden.
Het recept voor jullie beroemde saffraanbrood is zeker
geheim?
Ja, mijn vader, die het op zijn beurt weer van bakker Vink
De saffraankrokus (Crocus sativus) is een knolgewas dat
behoort tot de lissenfamilie (Iridaceae). De plant, die
niet in het wild voorkomt, werd al in de oudheid geteeld.
Hij bloeit gedurende zo'n acht dagen in de herfst met
violette bloemen. Elke bloem heeft drie bloedrode stam
pers en drie gele meeldraden. De saffraankrokus wordt
binnen Europa vooral in Griekenland en op een kleine
schaal in Spanje, Oostenrijk, Frankrijk, Italië, Turkije en
op de Krim geteeld. Buiten Europa wordt de plant onder
meer geteeld in Iran, Azerbeidzjan, Marokko, Afghani
stan en India (Kasjmir). Iran is de grootste producent
van saffraan met meer dan 90% van de totale wereldpro
ductie. De meeldraden van de saffraankrokus hebben
geen culinaire waarde. De stampers worden handmatig
geoogst voor de zeer kostbare saffraan, die zowel smaak-
als kleurstof is. Na het oogsten worden de stampers
gedroogd. Dit drogen gebeurt in droogkasten met een
warme luchtstroom of in de zon. De hoogste kwaliteit
saffraan komt van de bloedrode stempels, het bovenste
deel van de gedroogde stampers. Saffraan heeft een bit
tere smaak en een aangenaam aroma dat doet denken
aan honing. De arbeidsintensieve teelt maakt saffraan tot
de kostbaarste specerij en het wordt daarom ook wel het
rode goud genoemd. Daar staat tegenover dat slechts
één draad saffraan volstaat om een liter kokend water
in een uur diepgeel te kleuren.
Bakkerij Vink.