Dat blijft een beetje een raadsel, maar we zouden ons
kunnen voorstellen dat de twee mannen rechts naast de
houten drukpers Jan en Adriaen zouden kunnen zijn die
toekijken hoe de bebrilde heer voor hen, die verdacht veel
lijkt op de Middelburgse advocaat Apollonius Schotte
en als dichter meewerkte aan de bundel, zijn gedrukte
bijdrage aan de bundel op fouten nakijkt, met de gan
zenveer in de aanslag. Dat Jan en Adriaen zo 'netjes' zijn
aangekleed, wijst misschien op het plechtstatige van het
moment waar ook andere 'notabelen' bij aanwezig zijn,
want de verschijning van de Zeeusche Nachtegael was ten
slotte voor Zeeland een gebeurtenis. Daarom is ook Jacob
Cats aanwezig, de geestelijk vader van dit project. We zien
hem rechts binnenkomen, de toeschouwer als het ware
aankijkend. Hij wordt gevolgd door Simon van Beaumont,
althans dat kunnen we misschien concluderen wanneer we
het gedicht 'De Middelburchse Lauwer-hof' er bij pakken.
In dit gedicht voert Adriaen, na eerst de tuin, de drukkerij
en de graveerkunst te hebben bezongen, een aantal mede
werkende dichters ten tonele, waarbij Apollonius Schotte,
Simon van Beaumont en Jacob Cats als eersten worden
genoemd:
O wonderlijck gesicht! Wat sien ick nu op huijden,
Voor treffelijck getree, van eerbaar wijse Luijdett.
O loffelijckgevolchl daer ick als nu, en dan,
Sal noemen, wat hun geestte voorschijn brengen can.
De Ridderlijcken Schott, vol hooghgeleerde reden,
Coomt als een Burger-vooght, als vooren uijtgetreden,
En singt een lofgesang, vol Hemels soete vreucht,
Dat meer, als eenigh spel, een sedich hart verjeucht.
Dan, sietmen Beaumonten Cats, staegh onderrichten,
Het werelts groot geslacht, door man, en wijve plichten:
Ik geeft toe, geen doorslaand bewijs, maar toch opmerke
lijk! Heeft hij het schilderij als voorbeeld genomen bij het
schrijven van het gedicht of het gedicht als voorbeeld bij
het maken van het schilderij?
Overigens is het ook wel een aantrekkelijke gedachte om
in de twee figuren die links aan de houten pers bezig zijn
de broers Jan en Adriaen te zien. Het lijkt me juist iets
voor Adriaen, die er om bekend stond zulke levendige
straat- en interieurtaferelen te maken, om ook in dit schil
derij zichzelf en zijn broer al werkende af te beelden. Maar
wie zijn dan de twee statige figuren rechts van de pers?
Andere medewerkende dichters aan de bundel? Diepgaan
dere bestudering van het origineel zou misschien ophelde
ring kunnen verschaffen.
En dan hebben we nog het hondje. De hond van Adriaen?
Of van Jan? Of van beiden? Of van Apollonius Schotte?
We zullen het nooit weten. Wellicht is het zomaar een ty
pisch Adriaenhondje zoals ze op talloze andere gravures
van hem voorkomen. De hond was immers in de zeven
tiende eeuw een geliefd dier om af te beelden.
Onderop het schilderij staat de tekst: 'Hier Inde Schil-
derywinckel Druckt men Boeken in verscheiden tael:
ende Placcaeten van verkoopingen van Landen/Huysen/
Schepen/en Ander Goederen. 1623.' Dit duidt er op dat dit
schilderij tevens diende als 'reclamebord' voor hun winkel
annex drukkerij. De term 'Schilderywinckel' en het jaartal
1623 zijn nog een bewijs te meer dat we hier met Adriaens
schilderij te maken hebben.
Jan Pietersz. van de Venne overleed in 1625 en de druk
kerij werd overgedaan aan Jacob van de Vivere. In dat jaar
vertrok ook Adriaen naar Den Haag. Of het schilderij
door Jacob van de Vivere is overgenomen als behorende
tot de inboedel of dat Adriaen het tot zijn dood in 1662
in zijn bezit had, is onbekend. Waar het schilderij/recla
mebord na 1625 of 1662 is gebleven en hoe het in 1923 op
een veiling bij Christie, Manson Woods te Londen werd
aangeboden en door wie is vooralsnog een raadsel. Wel
is bekend dat het stuk zich in 1927 in de collectie bevond
van de kunsthandel Thomas Agnew Sons te Londen als
zijnde een schilderij van de zeventiende eeuwse schilders
Pieter en Maria de Grebber (broer en zus) onder de titel
'De Elsevierdrukkerij te Leiden'. Dit is door later boek- en
kunsthistorisch onderzoek duidelijk weerlegd zoals in het
bovenstaande is gebleken. Via deze kunsthandel is het in
1927 in handen gekomen van een Londense krantenmag
naat, aanvankelijk bij de Company Collection Associated
Newspapers, nu de Daily Mail and General Trust public
limited company (naamloze vennootschap). En daar hangt
het nu (helaas) achter slot en grendel!
Epiloog
Met de drukkerij, het kloppend hart van het bedrijf van
de gebroeders Van de Venne, sluiten we de reeks artikelen
over deze florerende firma af. In het voorgaande hebben
we kennis gemaakt met Adriaen van de Venne, door de
Portret (gravure) van Frederik Hendrik, prins van Oranje (1619),
aanwezig in het Rijksprentenkabinet Rijksmuseum Amsterdam
(Zeeuwse Bibliotheek Beeldbank).