14. mokkig weer zwoel weer
15. vadsig weer zwoel weer
16. ievallug weer venijnig koud weer
17. de brêêm 'angt an de struuken
de rijp hangt aan de struiken
18. Dae viel 'eimelijk vee waoter
Het regende meer dan ie dacht
19. de lucht trok dichte het werd bewolkt
20. 't betrekt de lucht wordt bewolkt
21. 't overtrekt de lucht wordt bewolkt
22. de lucht schiet vol
de lucht wordt onverwacht bewolkt
Voor de lezers van Nehalennia:
Neem ook nog even nota van de Kiekplaete. Het antwoord kan op een los blaadje bijgevoegd worden of hieronder
geschreven worden.
Voor meer dialectwoorden uit uw streek, kijk naar het stukje dat Pau Heerschap schreef in deze Nehalennia onder Van de
Redactiecommissie. U kunt uw woorden hieronder opschrijven, die verband houden met het weer.