Van de Zeeuwse Dialeetverênigieng zdv Van de redactiecommissie Als dit nummer bij u in de bus valt, is het intussen najaar. Het is de tijd dat de dagen korten en de nachten lengen. De tijd van koude nachten en ochtendmist, de tijd ook van felle stormen. Alles bij elkaar een reden om in deze inlei ding wat dieper in te gaan op het weer en de weersvoor spelling. Tegenwoordig is het niet moeilijk om het weer te voorspellen met allerlei moderne hulpmiddelen. Zo zijn er zogenaamde apps ontwikkeld waarmee je op je telefoon, tablet of ipad kunt zien wat van uur tot uur het weer zal zijn. Vroeger was dat anders. In het gunstigste geval kon je beschikken over een weerglas (een barometer), maar ver der was het behelpen met de almanak, een weerboompje, (een plant in een stopfles met water) en vooral kijken naar de lucht en de gestalte van de maan en het constateren van bepaalde lichamelijke ongemakken, zoals steken in de rug of jeuk op het hoofd. Op die manier werd veel ervaring opgedaan, vooral door mensen die vanwege hun beroep met de natuur te maken hadden, zoals vissers en boeren. Mijn grootmoeder stamde uit een geslacht van vissers en mijn grootvader was van boerenfamilie. Daardoor had mijn moeder veel ervaring opgedaan met het voorspellen van het weer. Als het 's morgens regende en ik klaagde dat we wel weer niet naar het strand konden die dag, zei ze bijvoorbeeld: 'Wacht mar of, want as vanmiddeg de maene opkomt dat zal 't wel edae weze mit de regen.' Ze keek dan even op de kalender hoe laat die op zou komen en zei dan: 'Om half drieje zal 't wel draog weze in ik dienke dat dan de zunne nog wel zal deurkomme. Dan ka j' daernae nog wel nae strange.' En jawel hoor, haar voorspelling kwam meestal uit. Die ervaringen met het weer hebben geleid tot het ontstaan van bepaalde weerspreuken. Tijdens de laatste bijeenkomst van de dialectwerkgroep-noord in Zierikzee kwam dit onderwerp ter sprake en we besloten dat dit wel een aardig onderwerp zou zijn voor de vragenlijst. Neeltje Kik, lid van de werkgroep uit Bruinisse, belde er een paar dagen na de vergadering maar een aantal door. Hier vol- Zêêuwse Dialect Verênigieng gen ze, met indien nodig, een verklaring erbij: - 'n Locht as 'n zêêeen donkere onweerslucht. - Nae Sint Jan neemt de zee 't onweer niet mêêr an. - As de wind komt voor de regen, kan m'n zeiltje d'r wel tegen, mar as de regen komt voor de wind, bèrg dan je zeiltje hêêl gezwind. - Al is een joodse sabbath nog zo kwaed, de zunne schient toch, 't vroeg of laet. - 't Is ellefuure, de ouwe wuuven hè koffie edronke, in dan woordt draoge. Ook in de negen regioboeken met de Zeeuwse dialecten zijn in het hoofdstuk 'Het weer' - de onderwerpen zijn systematisch in hoofdstukken ingedeeld - weerspreuken te vinden. Zo vond ik voor Goeree-Overflakkee: - M'n eksteraoge steekt zóó, m'n kriege regen. - De schutteldoek stienkt zóó, m'n kriege regen. - De locht is gekarteld, mèrge regent dat 't spartelt. - Nege daegen snêêuw, nege weken snêêuw! - Draoiende winden in uuthuuzige vrouwen binne niejt te vertrouwen. - 'n Noordewind is altied koud, zeit Jaopie, wêêr 't 'n aok vandaen komt. Met deze laatste spreuk zijn we tevens op een ander onderwerp terecht gekomen, namelijk: de zogenaamde 'zeispreuken', maar daar komen we wellicht in de vol gende Nehalennia op terug. Veel van die oude spreuken worden niet meer begrepen, omdat zowel de visserij met zeilschepen als het intensieve handwerk in de landbouw verdwenen zijn. Kent u ook dergelijke weerspreuken voor uw plaats of regio, laat ze ons weten. Let daarvoor ook op de vragenlijst in dit nummer. De dialectredactie heeft er naar gestreefd om er een boei end en leerzaam geheel van te maken en wenst u weer veel lees- en kijkgenot. Verenigingsnieuws De jaarlijkse dialectendag komt er weer aan. Deze keer komen we samen in Kapelle, in De Vroone. Voor veel van onze leden is dat geen onbekende locatie. In voorgaande jaren waren we herhaaldelijk te gast in deze gelegenheid. U zal het al gezien hebben: er ligt een speciale flyer in de uitgave. Om nog eens extra aandacht aan dit evenement te schenken. En leg het formulier op tafel, zodat ook ken nissen en visite erop geattendeerd worden. Dus tot ziens in Kapelle. Het strand bij de vuurtoren van Ouddorp. Dreigende lucht tijdens de storm van 27 oktober 2013 (foto Pau Heerschap).

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 2014 | | pagina 22