Over boeken
Sinne-bommeken
De bundel eindigt met 'De lijst van het Tafereel, genaemt
Sinne-bommeken', een overzicht van al de personen
die in de voorafgaande gedichten zijn opgetreden en
die nu tezamen een rondedans maken op de muziek
van een speelman. De kopergravure laat een muzikant
zien met een fluit in zijn ene hand en in zijn andere
een trommelstok, een trom voor zijn buik, bellen aan
zijn muts, armen en benen. Op de muziek van zijn
'Pypelarybom' heffen ze allemaal hun 'stijve beyne' en
komen we, in woord en beeld, alle oude bekenden tegen
zoals Dicke Leendert en Lijsje Teunis, jonker Maerten, de
scharensliep en de mosselman.
Je zou het misschien een verrassende inhoudsopgave op
rijm kunnen noemen waarin Adriaen alle hoofdrolspelers
op lichtvoetige wijze nog eenmaal toezingt zoals
bijvoorbeeld Leendert en Lijsje:
Koom goe Leendert mallen Boer,
Lichtje clompen, roerdje beyne;
Slaet de hand aen Lijsje-moer
Laet moy Ioncker trirom treyne:
Dickert, springt herom, herom
Pypelary bom, bom, bom.
Scharnierend Gewest
André Bauwens en Hans Krabbendam (red.), Scharnierend
Gewest. 200jaarZeeuws-Vlaanderen 1814-2014. Bijdragen
tot de geschiedenis van West-Zeeuws-Vlaanderen nr.
42. Uitg. Heemkundige Kring West-Zeeuws-Vlaanderen
(Aardenburg 2014). (Niet-leden kunnen het boek voor
19,95 bestellen via wchzeeland@gmail.com
Tijdens het in de vorige Nehalennia aangekondigde
symposium in Groede, gewijd aan het tweehonderdjarig
bestaan van het huidige Zeeuws-Vlaanderen, is ook
deze bundel gepresenteerd. Elf auteurs bieden hierin
een 'kleurrijk pallet' (sic) van de geschiedenis van het
'eigen landje' vanaf 1814. Dat gebeurt in drie afdelingen:
Geografie en bestuur Mare de Vleesschauer en Jeanine
Dekker), Economie (Piet van Cruyningen, Willem van
den Broeke, André Bauwens) en - het rijkst gevuld - Taal,
cultuur en godsdienst (Veronique De Tier, Lo van Driel,
Jan de Kort/Willy Verschraegen, Piet de Blaeij). De vaak,
ondanks de kleurrijke belofte, een tikje droge artikelen
bieden inderdaad een rijke variëteit aan deelonderwerpen
betreffende het 'tweeslachtige gewest' (Van Driel) tussen
overig Zeeland en Vlaanderen. Redacteuren Bauwens en
Krabbendam op pag. 11: 'Dit boek legt alvast wat paden
aan om de rijke literatuur over Zeeuws-Vlaanderen in de
middeleeuwen en vroeg-moderne perioden aan te vullen
Lijsje-Teunis soete meydt,
Waerom stierje kluts (sukkel) te beyne?
Die soo leend, en sucht, en schreydt
Als hy moet van trirom treynel
Vryster sieter eens naer om,
Nu ghy huppeldt by bom, bom.
Met deze verfrissende bundel wist Adriaen van de Venne
een eigen positie in te nemen in de Zeeuwse letteren van
zijn tijd, een volwaardig dichter met een eigen geluid.
En dat deed zijn broer ook met zijn befaamde drukkerij/
uitgeverij/winkel. Samen hebben ze een belangrijke
bijdrage geleverd aan het Zeeuwse literaire en culturele
leven en een 'daad van eenvoudige rechtvaardigheid'
gesteld, namelijk een antwoord gegeven op de Hollandse
suprematie.
met latere
perspectieven
van beide
kanten van de
grenspalen.'
Dat is niets te
veel gezegd,
maar jammer
vind ik het
dat één aspect
veronachtzaamd is: de archeologische reflectie binnen het
onderdeel Geografie en bestuur. In zijn relaas over het
polderlandschap heeft De Vleesschauer het uitsluitend
over de bedijkingsgeschiedenis en het polderbestuur en
- beheer (bijvoorbeeld m.b.t. de internationale polders
en het afwateringsbeheer) vanaf de zeventiende eeuw.
Een vrij recent internationaal samenwerkingsproject als
'Verdwenen Cultuurlandschappen in het grensgebied
van Vlaanderen en Nederland', waarin de resterende
aanwezigheid van (middeleeuws) Vlaanderen in een deel
van het huidige Zeeuws-Vlaanderen werd onderzocht,
bleef buiten beschouwing.
Jan Kuipers
Neerlandicus Ronald Rijkse (1946) is oud
conservator Oud Bezit en Bijzondere Collecties
van de Zeeuwse Bibliotheek, thans conservator
Handschriften van het KZGW (Zeeuws
Genootschap).