Van de Zêêuwse Dialectverênigieng VAN DE REDACTIECOMMISSIE Aflevering 171 voorjaar 2011 31 Sneeuwklokjes foto Pau Heerschap Als ik dit schrijf is de laatste sneeuw bijna verdwenen. Alleen op beschaduwde plekken, liggen nog wat smoezelige, grauwe resten. Onwillekeurig schiet mij de uitdrukking zwarte snêêuw zieje te binnen. Zou die ook in het Algemeen Nederlands bekend zijn? Maar eens even in de Grote Van Dale kijken. Jawel, maar met de toevoeging Belg. Neds.. Ook maar eens in het Woordenboek der Zeeuwse Dialecten kijken. Daar blijkt dat de uitdrukking in vrijwel het hele Zeeuwse taalgebied voorkomt. Onder het lemma snêêuw lezen we: zwarte snêêuw (enz) zie:e(n): armoe, gebrek, tegenslagen, droeve ervaringen ondergaan (p. 892). Toen ik zo aan het bladeren was, schoot mij een voorval te binnen van nu meer dan zestig jaar geleden. Het was op de kleuterschool, op een winterochtend. De lucht was dichtgetrokken en het begon hevig te sneeuwen. Niet dat wij dat duidelijk konden zien, want de vensterbanken van de ramen waren zo hoog, dat alleen de lucht en de toppen van de kale kastanjebomen op het schoolplein te zien waren. Er kwamen steeds meer sneeuwvlokken naar beneden, die tegen de lichte lucht donker afstaken. Het leken wel zwarte sneeuwvlokken. Toen de juffrouw even weg was en ons kleuters alleen liet met de blokkendozen, kon ik de verleiding niet weerstaan. In het lokaal was een deur die toegang gaf tot de speelplaats buiten. Ik sprong op, deed de deur open en rende snel naar buiten over de maagdelijke sneeuw, gevolgd door enkele andere roekelozen. Niet lang daarna was de juf terug en sleurde ons hardhandig het lokaal weer in. Met een driftige klap werd de deur dichtgesmeten. Wij moesten voor straf schoolblijven: een half uur stil met je armen over elkaar zitten. Die dag had ik twee keer zwarte sneeuw gezien. In de tuin zijn inmiddels de eerste sprieten van sneeuwklokjes, sommige door de resten sneeuw heen, waar te nemen. Nu ik toch aan het bladeren en zoeken ben, gelijk maar even gekeken of er in het Zeeuws Woordenboek ook bijzondere benamingen voor sneeuwklokje te vinden zijn. Op het eerste gezicht niet. Toen ook maar eens in de woordenlijst van het proefschrift van M. A. van Weel over het dialect van Ouddorp, Het dialect van Westvoorne uit 1904, gekeken. Jawel hoor, zelfs twee bijzondere benamingen, nl. februarigekkies en vastenavondzotjes tegenwoordig door niemand meer gebruikt, dus verouderd. Mijn moeder, in 1903 in Ouddorp geboren, sprak nog wel van februarigekkies. Tevens kwam ik op de pagina met de vastenavondzotjes een oud vastenavondgedicht tegen. Zie hiervoor onder de kop VARIA.

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 2011 | | pagina 33