Aflevering 170 winter 2010
ontstonden. Dat kon alleen door hernieuwde bedijking worden beteugeld.
Maar evenmin als in 1533 zijn ook aan deze rapportage door Antwerpen
consequenties verbonden. De op Antwerpen toegespitste publicatie
vermeldt ook nu geen specifieke actie van Bergen op Zoom.
Op 13 januari 1552 maakte de Sint-Pontiaansvloed een einde aan de polders
van Agger, Bath en Hinkelenoord, die de vloeden van 1530 en 1532 hadden
weten te overleven. Het stadseiland Reimerswaal rekte zijn bestaan en wist
nog in 1562 met succes te verhinderen, dat de kerkelijke rechtbank voor
Zuid-Beveland naar het veel beter gelegen Goes werd verplaatst!
Deltaplan avant-la-lettre
Op 1 november 1570 volgde de Allerheiligenvloed. Nu werden ondermeer
de Brabantse polders onder Hildernisse, Woensdrecht en Ossendrecht
definitief getroffen. Ook ontstond het Verdronken Land van Saeftinghe. Op
21 oktober 1572 wist veldheer Mondragon met zijn Waalse troepen vanuit
Woensdrecht de ondiep geworden Scheldestroompjes pedibus apostolorum
over te steken om het door de Geuzen belegerde Goes te ontzetten. Dat
maakte veel indruk op de tijdgenoten en werd door dijkdeskundige Andries
Vierlingh aangegrepen om bij de overheden in Brussel, maar vooral te
Antwerpen herhaaldelijk te pleiten voor een dammenplan.3 Dwars door
het verdronken land van Zuid-Beveland dienden er lange duikeldammen te
worden aangelegd om de stroom af te leiden en aanslibbing te bevorderen.
Hij waarschuwde haast te maken: 'in soverre men met 't leggen van den
dammen langere vertoeft totdat het gat van Lodijcke zijn deurtoch neempt
tot in de Honte, so isser luttele remedie toe'. Het risico dat de hoofdstroom
van de Schelde zich zou verleggen naar het Lodijkse Gat en Bergen op Zoom
een landstad zou worden was groot geworden.
Financiering van een dergelijk plan was ook voor Antwerpen geen
sinecure, maar de verkoop van 39.000 gemeten nieuw gewonnen land
zou winstgevend zijn, aldus Vierlingh. Ook zou Antwerpen als grote
ambachtsheer in de Staten van Zeeland zitting kunnen nemen.
De bewaarde kaarten van de dammenplannen van Vierlingh zijn een soort
Deltaplan avant-la-lettre.
In een verzoekschrift van 1574 aan de Staten van Brabant legde Vierlingh
de nadruk op de betrokkenheid van geheel Brabant. 'Ook die van Berghen'
dienden duikeldammen aan te leggen, aansluitend op wat op Zuid-Beveland
diende te gebeuren.
In 1575 nog verzette Vierlingh zich krachtig tegen plannen de dijken
van Walcheren door te steken om daardoor de Geuzen van het eiland
te verdrijven. Vierlingh voorzag in een dergelijk scenario verdergaande
landverliezen in Zeeland en Vlaanderen, verdere aanwas van zandplaten,
degradatie van Antwerpen en Bergen op Zoom tot landsteden en dus
teloorgang van handel en scheepvaart.
Samenvattend: De internationale koopvaardijhavens Antwerpen en
Bergen op Zoom hadden in de zestiende eeuw gelijksoortige, maar niet
gelijklopende belangen om de overstroomde gebieden weer te bedijken.
Voor Antwerpen telde vooral herdijking van de Zuidwatering, terwijl